Enochische engelenmagie

Enochische engelenmagie is een vorm van ceremoniële magie, “high magic”, die gebaseerd is op het oproepen en bevelen van spirits. Deze vorm van magie is gebaseerd op de dagboeken van de beroemde wiskundige en astroloog Dr. John Dee en “scryer” Edward Kelley. Zij werkten samen in een poging om rechtstreeks van God en zijn engelen kennis over de wereld te krijgen.

John Dee (Londen, 13 juli 1527 – Mortlake (Surrey), 1608 of 1609) was een Engels humanist, filosoof, wiskundige, geograaf, astroloog en adviseur van koningin Elizabeth I. Daarnaast wijdde hij zijn leven aan alchemie, wichelarij en hermetische filosofie. Dee bestudeerde zowel de wereld van de wetenschap als van de magie, op het moment dat ze juist uit elkaar dreven. In zijn twintiger jaren trok hij volle zalen in Sorbonne, de Universiteit van Parijs. Dee was een fanatiek promotor van de wiskunde. Verder was hij een gerespecteerde astronoom en navigatie-expert. Hij leidde mensen op die later zorgden voor de ontdekkingsreizen van Engeland (hij bedacht de term "British Empire"!). Tegelijkertijd verdiepte hij zich in de magie en de hermetische filosofie, waar hij de laatste 25 jaar van zijn leven aan wijdde. Voor Dee, net als voor veel tijdgenoten, waren deze activiteiten geen tegenstrijdige, maar bijzondere aspecten van een samenhangend wereldbeeld. Je zou kunnen zeggen dat hij één van de eerste moderne wetenschappers was, terwijl hij toch ook één van de laatste serieuze alchemisten, necromancers en waarzeggers was. Dr. John Dee was alleszins één van de briljantste geesten van zijn tijd.

Volgens veel wetenschappers was Edward Kelley gewoon een gewiekste oplichter die alles deed om in de gunst te blijven van de rijke John Dee. Het feit dat het Enochische alfabet “per toeval” net overeenkomt met het Engelse alfabet, doet alleszins de wenkbrauwen fronsen ...

John Dee noemde de spirits waarmee hij en Kelley in contact kwamen engelen, maar of dat wel helemaal correct is weten we niet. Het is een feit dat een aantal van de engelennamen verdacht veel overeenkomen met een aantal demonennamen uit de Goetia. Hoe je de spirits noemt maakt ook eigenlijk niets uit. Het belangsrijkste is te weten of ze het goed met je voorhebben of niet ...

De term “Enochisch” verwijst naar de aartsvader Enoch, een bijbelse figuur waarvan wordt gezegd dat hij rechtstreeks naar de hemel ging. Het Boek van Enoch is een oud Hebreeuws geschrift, toegeschreven aan Enoch maar waarschijnlijk geschreven tussen de 3de en de 1ste eeuw voor Christus. In het Boek van Enoch wordt verweze naar de taal die oorspronkelijk in de Hof van Eden en door de engelen werd gesproken, voor de zondeval.

Dee noteerde in zijn dagboeken zorgvuldig alles wat gebeurde tijdens de conférences die hij en Kelley hadden met engelen. De notities van John Dee bevinden zich in de Bodleian Library in Oxford. In zijn notities beschrijft hij het Enochische alfabet en de correspondentietabellen die erbij horen, als een systeem van complexe engelenhierarchie en hun ‘adamische’ taal, met sigils en oproepingen, die toeliet om de natuur te beheersen. Volgens Dee en Kelley bevatte de informatie die ze via verschillende engelen zouden hebben verkregen geheime kennis uit het het apocriefe bijbelse Boek van Enoch (God). Niet te verwarren met “The Liber Loagaeth” (aka The Book of Enoch) van Edward Kelley of “Liber Chanokh’” (aka The Book of Enoch) van Aleister Crowley, ook al is het verband tussen de drie boeken duidelijk. Dee en Kelly hadden het echter nooit over Enochische magie maar over engelenmagie.

Het is niet duidelijk of Dee en Kelley ooit praktisch hebben gewerkt met deze vorm van magie: de engelen vroegen hen dat niet te doen. Het enige spoor van magisch werk dat terug te vinden is, is een genezingsamulet dat ze op vraag van de engelen maakten. De dagboeken van Dee en Kelley zijn vooral notitieboeken waarin het systeem wordt beschreven, eerder dan praktische ervaringen met het gebruik ervan.

Delen van het systeem dat Dee beschrijft lijken bovendien weggeplukt uit occulte werken waarvan geweten is dat hij er een copie van had. Dee en Kelley vertelden dat ze de geheime taal van de engelen hadden geleerd, gesproken door Adam en Eva in de tuin van Eden en door God zelf. Nochthans lijkt de gesproken versie op een linguistisch vervormde versie van het Hebreeuws en de structuur van het alfabet lijkt op het Engels. Omdat algemeen geweten is dat John Dee één van de meesterspionnen van Koningin Elisabeth I van Engeland was, gaan veel wetenschappers er dan ook van uit dat het Enochisch schrift een dekmantel was en door Dee werd uitgevonden om zijn boodschappen te kunnen encrypteren.

De Enochische magie maakt gebruik van het Enochisch alfabet om te communiceren met engelen, godheden, demonen, enz. ... en dat niet alleen in geschreven vorm maar ook gesproken. Dat maakt het zowiezo al heel complexe systeem van de ceremoniële Enochische magie nog extra gecompliceerd. Dee sprak het alfabet uit op zijn Engels, de meeste  ceremoniële magiers gebruiken de Hebreeuwse uitspraak. Uit de praktijk blijkt echter dat het niet uitmaakt hoe je het uitspreekt.

Het “Enochische alfabet”, “Engelenalfabet” of “Adamisch alfabet”
zoals het werd neergeschreven door Edward Kelley op 6 mei 1583.
De Enochische magie zoals die nu nog wordt gebruikt, werd pas verder uitgewerkt door 19de eeuwse magiers van de Hermetic Order of the Golden Dawn. Samuel Liddell MacGregor Mathers introduceerde er deze vorm van magie in in de jaren 1880 en maakte er een begrijpbaar en werkbaar systeem van ceremoniële magie van. Ook magiers als Thomas Rudd, Elias Ashmole, Frederick Hockley en Aleister Crowley zorgden ervoor dat deze vorm van magie ingang vond in occulte middens. Het is dankzij Aleister Crowley, die het Golden Dawn materiaal publiceerde, dat de Enochische magie vandaag zo wijdverspreid is.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De heksenrunen

De numerologie van je heksennaam