Zoek de draad (Staf Workshop)


Als je regelmatig doorheen de onderwereld reist, zoals de meeste heksen doen, is het handig om eerst uit te zoeken welke krachtdieren bij je horen. Krachtdieren kunnen je immers veilig gidsen en bescherming bieden in de onderwereld en. Krachtdieren zijn beschermgeesten die de vorm aannemen van dieren. Alle sjamanen werken ermee en iedereen heeft er één of meer. Krachtdieren helpen ons, beschermen ons en begeleiden ons in dromen en visioenen. Ze zijn de drager van onze  persoonlijke kracht. Sommige krachtdieren blijven een leven lang bij ons, andere krachtdieren komen aanlopen of vliegen omdat je ze op dat moment of in die faze van je leven of je zoektocht nodig hebt, voor een specifiek probleem of om een deel van je potentieel los te maken. Alle dieren die je in de onderwereld tegenkomt kunnen krachtdieren zijn. Het kan een groot dier zijn, zoals een beer, maar ook een hee klein dier, zoals een klein vogeltje. Over het algemeen zijn de kleinere dieren de krachtigste.

Als je eenmaal weet wat je krachtdier is, ga er dan mee aan de slag. Zoek dingen die je in verbinding stellen met het dier, bestudeer het dier, ga het opzoeken in zijn natuurlijke omgeving, maak er een schilderij van, enz. ... De beste manier om je eigen krachtdier te leren kennen is om het zelf te onderzoeken en niet enkel af te gaan op wat je in de boeken vindt. Waar leeft het dier? Wat eet het? Wat is er typisch aan het dier in kwestie? De antwoorden op die vragen bevatten de inzichten die het dier je wil geven en wat het voor jou wil betekenen.

Er zijn verschillende manieren om je eigen krachtdier te vinden. Je kan je krachtdier tegenkomen in dromen en meditaties bijvoorbeeld. Of je kan een trancereis maken naar de onderwereld om je krachtdier te gaan zoeken. Of iemand met ervaing kan voor jou een krachtdier uit de onderwereld halen. Indertijd hebben we bij Arcadia krachtdieren voor elkaar opgehaald. Mijn krachtdier was toen een klein doodskopaapje (dat ik ondertussen al heel lang niet meer heb gezien), maar later kwam daar ook een eekhoorn bij die soms wel eens op mijn schouder placht te springen en tijdens een meditatie waar Elenor ons ooit in begeleidde liet ze ons gidsen door een klein rood vogeltje. Dat vliegt sindsdien ook nog regelmatig andere meditaties binnen waar ik een “kaart” nodig heb :-).

Vanavond zouden we deze oefening opnieuw doen voor de meisjes van AmmaDevi. Ik was benieuwd welk dier zich zou komen aanmelden en sprak bewust niet over mijn vorige ontmoetingen met het krachtdierenrijk. Ysa en ik gingen comfortabel naast elkaar zitten. Onze schouder, knie en heup raakten elkaar zodat we een goed contact hadden. Dat is belangrijk. In deze oefening zouden we elk om beurt naar beneden gaan, naar de benedenwereld, waar we aan ons eigen krachtdier zouden vragen om ons te helpen een krachtdier te zoeken voor onze parter. Dan zouden we vragen aan het krachtdier van onze partner om zich te laten zien. Je kan verschillende dieren zien, maar het bewuste krachtdier zou ofwel manifest aanwezig zijn en bijven ofwel zich minstens vier keer laten spotten. Eens we wisten welk dier het juiste was, moesten we het omhelzen en meebrengen naar boven. Dan moesten we het inblazen in de hart- en kruinchakra van onze partner.

Ik roetsjte pijlsnel naar beneden. Het ging heel hard, de wind blies door mijn haar en voor ik het wist was ik beneden. Op de ene of de andere manier kom ik altijd eerst in dezelfde plek terecht als we met krachtdieren gaan werken, een landschap dat er verdacht veel uitziet als de savanne van Afrika, met dorre graslanden en zanderige en winderige vlaktes. Het licht is heel fel geel en in het hoge gras kan je vanalles horen en oms zien sluipen of langsdraven. Ik weet dat dit niet de dieren zijn waar ik voor gekomen ben. De eekhoor springt  van een dorre tak op mijn schouder en begint in mijn oren te kwetteren.

Dan ben ik plots in een heel ander landschap. Alles is hier donkergroen en verwilderd. Ik zie afbrokkelende piramides overgroeid met gras en kleine boompjes. Ik denk dat we in Zuid-Amerika zijn. Voor ik het goed en wel besef vlieg ik hoog boven de tempels. Ik ben niet meer alleen met mijn eekhoorn maar zit op de rug van een gigantische adelaar. Ik wil niet weten welke spanwijdte het beest heeft, maar wie Gandalf heet zien vliegen in LOTR weet waar ik het over heb! Gefascineerd kijk ik naar beneden waar de aarde als een vrolijke groene lappendeken onder me voorbij schiet. De schaduw van de adelaarsvleugels schuift als een reuze donkergrijze schim over de aarde met ons mee.

Een aapje flitst doorheen mijn gedachten. Ik zie opnieuw tempels, weer van die typische vierkante pyramides maar toch begin ik te twijfelen. Misschien is dit toch niet Zuid-Amerika maar Azië. Ik herinner me de prachtige ruines van de tempels van Angkor Wat, met de fijn uitgesneden danseressen. Dit is veel ruwer, van een heel andere orde, maar toch ...


Ik sta aan de ingang van een tempel. Het aapje van daarnet is terug en zit me aan te kijken. Hij is lichtgrijs en heeft witte bakkebaardjes op zijn kaken. Nerveus beweegt zijn kopje heen en weer. Dan opent hij zijn bekje met een rij scherpe tandjes en stoot een kreet uit. Hij daait zich om en verdwijnt in het donkere gat van de tempel. Het is de bedoeling dat we hem volgen. Het aapje loopt voor ons uit en leidt ons langsheen een groot beeld van een woest uitziende godheid of iets anders. De bewaker van de tempel? Ik loop haastig achter het aapje aan dat al in het donker is verdwenen. Er komt genoeg licht binnen om hem te kunnen volgen naar het hart van de tempel, maar ik kan de omgeving niet bekijken, daarvoor is het hier echt wel te donker.

Ik bots tegen een harig iets. Is dat het aapje? Aarzelend steek ik mijn hand uit om aan zijn vacht te voelen, maar dit is helemaal geen aapje! Het voelt als een reuzensnuit van iets, maar van wat, dat kan ik niet zien! De snuit blijft tegen mijn borst gedrukt en snuift. Dan trekt de snuit zich terug en voel ik het aapje in mijn armen. Het aapje mag mee voor Ysa. Dat was raar, alsof het ding in het donker zijn goedkeuring moest geven of zoiets! En wil ik wel weten wat daar zo in het donker op mij zat te wachten?

Plots sta ik in een winkel. Het ziet er meer uit als een hut van stro en hout. Voor me staat een man die voorzichtig een heel fijn uitgesneden donker houten tempeltje in vloeipapier pakt. Zijn gezicht kan ik niet zien, het lijkt alsof ik maar een rechthoek zicht heb. Hij draagt kaki kleding en hij heeft gespierde bruine armen. Het aapje houdt zich stilletjes tegen mijn borst geklemd, zijn kleine handjes begraven in mijn kleren. Af en toe slaakt het een zacht kreetje, nieuwsgierig draait het zijn kopje alle kanten op.

Ik kom terug naar boven met het aapje in mijn armen. Als ik mijn ogen open, kan ik de afdruk van waar het aapje daarnet nog zat voelen tegen mijn borst. Voorzichtig blaas ik de essentie van het aapje in haar hart- en kruinchakra. Daarna draaien we de rollen om en gaat zij voor mij naar beneden, terwijl Fjierra de drum weer harder zet. Als ze terug is, heeft ze een spin voor me meegebracht. Ik begin al te gruwen van het idee, maar hey, als het universum mij iets te zeggen heeft, ben ik bereid daarnaar te luisteren.

En dus ging ik zelf ook opnieuw naar beneden, om kennis te gaan maken met mijn nieuwe vriendje. Spinnen zijn niet bepaald mijn favoriete dieren, al heb ik over de jaren minder moeite met hun griezelige uiterlijk. De arme diertjes kunnen er ook niks aan doen en zijn zelfs heel nuttig (ze eten muggen!), en dus probeer ik ze altijd te vangen met een glas en een stukje papier om ze vervolgens buiten te zetten, eerder dan ze te lijf te gaan met een opgerolde krant of een handdoek (iets waar ik minder problemen mee heb als ik moegetergd ben door de zevenhonderdvijfstigste mug van de avond :-)). Maar toch. Het geweldige formaat van de arend van daarstraks indachtig zette ik me toch al schrap. De mytische Aragog uit Harry Potter en Shelob uit LOTR zaten helemaal vooraan in mijn gedachten en ik wist niet of ik een ontmoeting met dergelijk schrikwekkend schepsel wel aankon en niet gillend zou gaan lopen :-).

En daar zat ze, de gruwel in de grot. In het begin liet ze zich niet zien, ik denk dat ze wel wist dat er rillingen over mijn rug liepen :-) De hele bedoeling van deze ontmoeting was dat we de boodschap die dit krachtdier voor ons had goed zouden begrijpen. Ik was er van overuigd dat ik naar goede gewoonte geen woorden zou horen, maar ze deed het op een andere manier. Ik hoorde mijn eigen stem in mijn hoofd praten, maar met zo’n traag koninklijk tempo en met een gevaarlijk zwart randje: “Als je verloren bent, dan zoek je de draad.” Ze zou me helpen om mijn weg te vinden en veilig aan te komen waar ik dan ook heen wou gaan. Ik moest denken aan hoe de artiesten in een watershow waar ik voor werkte moesten leren onder water de lijnen te gebruiken die hen zouden helpen de juiste plek te vinden waar ze weer zuurstof konden krijgen.

Toen zag ik haar, groot en glanzend zwart. Ze had grote harige tanden, de vacht glansde in het weinige licht.  Ik voelde minder angst dan ik had verwacht. Geduldig bleef ze zitten wachten. Haar vacht was heel zacht.

Reacties

Populaire posts van deze blog

De heksenrunen

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De numerologie van je heksennaam