Ostara (Amma Devi)

Vanavond vierden we Ostara, de heksenvariant van Pasen. Ostara valt precies tussen de winterzonnewende en de zomerzonnewende. Vanaf nu worden de dagen langer dan de nachten. Op Ostara passeert de zon de evenaar van zuid naar noord en zijn dag en nacht overal op aarde even lang.

In Ostara hoor je het Engelse woord Eastern (Pasen) - alhoewel dat eerder omgekeerd is, want Easter komt van Eastra, Ostara voor de Germanen. Ostara is de godin van de lente. Ze staat voor de overwinning van het licht op de duisternis (de winter) en het aanbreken van de vruchtbare periode. Ook ons woord "oosten" komt van haar naam. In het oosten komt immers de zon op, het licht komt uit het oosten.

Eirinn had een mandje met eieren klaar gezet, daar zouden we straks vanalles mee gaan doen. Paaseieren zijn een traditioneel onderdeel van elk paasfeest, of het nu heidens is of niet :-) Je moet niet alles met het badwater weggooien, niet waar. Zelfs de paashaas heeft zijn plaats. Kweken als konijnen (of hazen) ... het past wel bij Ostara, want het is een vruchtbaarheidsfeest. In veel culturen is de haas een vruchtbaarheidssymbool. Toch is dat niet de reden waarom de paashaas paaseieren komt brengen. De paashaas is eigenlijk een kip van Ostara die haar eieren constant verborg. Omdat Ostara dit niet leuk vond, veranderde ze de kip in een haas die de eieren opnieuw mocht gaan zoeken. Net zoals de miljoenen kinderen die vol verwachting uitkijken naar de chocolade eieren die de paashaas komt verstoppen op Pasen.


Eerst moesten we natuurlijk een cirkel trekken en de anderen uitnodigen om mee te komen doen. Ik ben altijd blij als ik "mijn" elementenwachters kan verwelkomen, ze voelen een beetje als familie. Deze keer was het anders. In plaats van de elementenwachters stond ik op een heuveltop met daarbovenop een vervallen tempelcomplex dat me vaagweg aan Stonehenge deed de denken. In het complex brandde een groot vuur. Ik zag geen wachters, maar ik voelde de aanwezigheid van de elementen overal om ons heen.

Daarna was het tijd voor het magisch werk. Het was tijd voor de eieren. We namen allemaal een ei uit het mandje en concentreerden ons hier op. We moesten het ei voelen. Mijn ei kreeg armpjes en beentjes en begon te dansen. Verbaasd keek ik toe, wat was dit nu weer?

Guitig toonde het ei mij zijn gaatje. Het boog zich voorover, met zijn armpjes aan zijn gaatje. Ik moest lachen. Dat gaatje leek groter en groter te worden en ik werd in het ei gezogen.

Ik bevond me in een witte ruimte, in de vorm van een ei. Er waren geen vensters en deuren, alleen een gat boven me. Dat was het gaatje waardoor ik naar binnen was gekomen. Toen zag ik een houten deurtje. Ik voelde me net Alice die op ontdekking gaat in Wonderland! Achter het deurtje zat een gang naar een heel klein kamertje. Het was helemaal oranje. Dit moest de dooier zijn! Het kamertje was heel klein, ik moest me bukken om mijn hoofd niet te stoten, maar de muren waren heel zacht, met gewatteerde oranje muren, net zoals ze in isolatiecellen doen. Er stond een klein tafeltje met papier en een intkpot met een veer erin. Ik liep naar het tafeltje toe, pakte de veer uit de inktpot en schreef ONBEVANGEN op een blad papier. Waarom precies dat woord weet ik niet, maar het was wat ik moest doen. Ik zette de veer terug in de inktpot, blies de inkt droog en vouwde het vel papier op tot het een klein pakketje was. Toen stopte ik het achter de oranje gewatteerde kussens aan de muren.

Ik liep terug naar de witte kamer, en ging weer naar buiten zoals ik gekomen was. We openden onze ogen en schreven het woord ook aan de buitenkant op het ei. Elk van ons mocht nu een ei trekken uit het mandje. Het ei dat voor ons bedoeld was, zou vanzelf bij ons terecht komen. Anthea trok mijn eitje. Ik trok er eentje met het woord DANKBAARHEID erop. Ik at het eitje op en voelde me weer met mijn voeten op de grond gezet. Het is inderdaad iets waar ik aan moet werken: het leren blij zijn met wat je hebt, het trachten te stoppen met streven naar dingen die niet persé gelukkig maken, het leren content zijn met eenvoudige dingen ...

Nu het magisch werk gedaan was, namen we afscheid van de anderen. Deze keer waren de elementenwachters er wel. De wachters van water en vuur waren de gebruikelijke mevrouw met haar waterpaarden en de alien prins met het gouden harnas en de zwarte ogen. Voor het element lucht was er iemand anders: een vrouw met langg zwart haar en een gele jurk die was afgezet met vossenbont. Bij het afscheid van aarde, was mijn Thing er meteen. Ik had een steen vast en voorzichtig stak hij zijn reuzenhand uit om zachtjes die steen aan te raken. Hij is zo sterk, zou een boom in twee kunnen knappen met een vingerknipje, maar is tegelijk zo zacht...

Omdat sommigen onders ons wat meer last blijken te hebben met gronden, laste Eirinn nog een grondingsoefening in. We moesten onszelf een boom voorstellen. Ik stond meteen bij de boom beneden die mij zo graag ziet. Hij was heel blij me te zien, ik was hier al lang niet geweest. Er verscheen een lijn van bloemetjes van aan zijn stam recht naar me toe. Toen moesten we van Eirinn een hek rond de boom zetten. Dat deed ik, een mooi wit hekje. Mijn boom schreeuwde het uit, alsof hij pijn had. Hij werd helemaal woest en wild en rukte de hekjes uit de grond. Ik deed meteen de andere hekjes weg en omhelsde hem. Hij huilde. Ik weet het, het klinkt raar, maar hij huilde echt. Ik was helemaal overdonderd en voelde me verschrikkelijk schuldig. Het speet me zo erg! Ik voelde hem kalmeren en rustig worden, bleef nog eventjes tegen zijn stam staan en toen moest ik weer vertrekken, met een schuldig geweten.

De bedoeling van Eirinn was dat je zelf een boom zou maken. Die boom ben je zelf. Als je moet gronden, ga je gewoon hier naartoe. Mislukt! Ik denk niet dat ik die methode ga uitproberen ...

Reacties

Populaire posts van deze blog

De heksenrunen

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De numerologie van je heksennaam