Kennismaking met mijn ziel (Grootmoeders workshop)

De Grootmoeders zijn een warme kracht waar je altijd naartoe kan als je daar nood aan hebt, maar je kan hen ook vragen om je helpen verder reizen naar bijvooreeld de benedenwereld. Dat gaan we vanavond doen: we gaan hen vragen om ons naar onze spirit te brengen.

Vanavond gaan we aan de Grootmoeders vragen om naar onze ziel te reizen, zodat we onze ziel kunnen ontmoeten. Het gaat dan om een symbolische voorstelling van je ziel: soms gaat het om een licht, soms is het een persoon. Je ziel zal zich vanuit vanuit zijn kracht aan je voorstellen.

Martine vertelt ons hoe we dat gaan doen. We moeten naar beneden reizen en bevestigen dat we naar hier zijn gekomen om een beslissing te nemen over iets in ons leven. Die beslissing sluit aan bij onze ziel en we willen antwoorden. Die antwoorden krijgen we door drie lege vellen papier voor onze ziel neer te leggen en vervolgens een vraag en drie mogelijke antwoorden te stellen, bijvoorbeeld: ik sukkel met mijn gezondheid, ligt het aan mijn voeding (eerste vel papier), stress (tweede vel papier) of is het iets anders (derde vel papier)? Op het betreffende vel papier verschijnt het antwoord. Als je zelf de keuze nie kan maken, laat dan je ziel kiezen of laat hem een nieuwe oplossing aanreiken die je nog niet had gezien. Als je een keuze maakt die gesteund of aangedragen wordt door je ziel, dan is dat gemakkelijker. Je voelt je gewoon beter als je beslissingen neemt die bij je passen.

De structuur van van het werk dat we vanavond gaan doen ziet er dus uit als volgt:
  • We reizen naar de Grootmoeders.
  • We vragen hen: breng me naar mijn ziel (dit kan zowel naar boven als naar beneden zijn, het hangt volledig af van de Grootmoeders waar je ziel is voor de eerste kennismaking.
  • Visualiseer de kracht van je ziel.
  • Vraag een antwoord op een vraag waar je mee worstelt.
OK, we beginnen er aan.

We maken eerst contact met onze wortels. Ik zie een soort van buis in de grond. Alles gaat heel snel. Ik zak heel diep, de zijkanten van de buis zijn vol zwart witte strepen, zo’n beetje als de warp drive van Star Trek. Ik ben diep, heel diep.

Ik ga naar mijn hoofd en maak alles leeg. Ik zie de zon boven me en dan ben ik helemaal weg.

Ik ben ergens waar bomen staan, heel veel bomen. Ik zie figuren die zich verbergen in het bos en schichtig achter de bomen bewegen in hun blauwe kleren. Ik heb de indruk dat er ook een schim bij is die op een paard zit. Dan komen de bomen tot leven. Ze marcheren op mij af, worden dwergen op paarden die naar me toe marcheren. Plots verschijnt een oeroud gezicht, als het gezicht van Sinterklaas,  reuzengroot boven de bomen. Het duurt maar heel even, als een flits, en dan is alles weg.

Ik zie twee paarden, heel dichtbij want ik kan geen details zien die erop wijzen dat het om paarden gaat, of te veel detail zo je wil. Eén paard is bruin-wit, het andere is volledig wit. Mijn aandacht wordt meteen getrokken: het witte paard heeft geen ogen! Dan zie ik hoe iemand een oog aan het paard geeft, het als het ware op zijn hoofd plakt. Het is een intelligent oog, heel zacht ook. Ik heb de indruk dat ik nog steeds in mijn hoofd zit, al moet dit blijkbaar in mijn hart zijn, naar ik later verneem, waar we blijkbaar een spirit kunnen oproepen waarmee we in de toekomst meer mee kunnen gaan samenwerken. Dat heb ik allemaal niet gehoord. Normaal gezien zou er nu een brug vanuit mijn hart moeten vertrekken, maar die zie ik helemaal niet. Ik zie en hoor helemaal niks van wat Martine ons vertelt, daarvoor ben ik e ver weg.

De ruimte wordt donker, alsof de kamer wegvalt en ik buiten onder de sterrenhemel sta. Dan wordt de ruimte een grot of zo, verlicht in het midden, en de Grootmoeders staan er. Een jonge vrouw aait over de neus van het witte paard. Ik denk dat hij me hier heeft gebracht. De vrouw en het paard kijken elkaar aan. Dan zie ik dat ze helemaal geen jonge vrouw is, maar een stokoude vrouw. Ze staan neus aan neus, de vrouw en het paard, en ze kijken elkaar aan. De Grootmoeder draagt een lang wit kleed en een soort van kroon met kleppen op haar slapen. De kroon is rood en heel rijk versierd. Het haar van de Grootmoeder is lichtgrijs en het wordt langer en langer en wilder en wilder. Het kronkelt alsof het een eigen leven leidt. Dan zie ik op de plek waar zojuist nog de Grootmoeder stond een soort van witgrijze draak met een lange snor, die me aan die typisch Chinese draken doet denken. De draak wervelt weg.



Hij vliegt doorheen de grot en vervolgens tegen een onzichtbare wand. Het is alsof de lucht indeukt op de plek waar de draak met zijn snuit de wand heeft geraakt. Het is alsof de hemel bol komt te staan en uitrekt. Dan verdwijnt de draak door dat raakpuntje. Het is een reuzendier en toch verdwijnt hij doorheen dat ene minuscule puntje dat zijn snuit heeft gemaakt. Overal rondom dat ene puntje verschijnen witte geometrische patronen. Het ziet eruit als een soort van grote witte mandala rond een puntje in de nacht waarin de Grootmoeder is verdwenen, als een soort van gigantisch ijskristal getekend tegen de zwartblauwe nacht. Het is prachtig!

Dan sta ik in een enorme ruimte. Voor mij staat een gigantische figuur. Hij doet me een beetje denken aan de Indonesische reuzen bij de Indische waterlelies in de Efteling, maar dan zonder slagtanden. Ik kan zijn gezicht niet zien. Hij staat op een stenen bordes. En wat mij meteen opvalt: zijn vel is blauw! Ik moet meteen denken aan de eerste keer dat ik in de benedenwereld iemand zag waarvan ik dacht dat het Brigandhu was. Het was een reuzenfiguur, met een blauw vel en een soort van Romeins aandoende wapenrok. Achteraf had Brigandhu wel een normaal mensenformaat en was ze helemaal niet blauw. Misschien had ik wel iets heel anders gezien toen en had ik dat verkeerd begrepen!

Voor de reus staan drie enorme vuren. Van de drie vellen papier geen spoor, dus ik denk dat de vuren het papier vervangen. De reus wijst naar het eerste vuur dat meteen hoog oplaait. Zie ik daar vage figuren in de vlammen? Rook kringelt naar boven, gitzwart, en verandert in een zwerm zwarte vogels die wegvliegt. Ik weet niet wat dit betekent. Martine zegt ons dat we uitleg mogen vragen aan de Grootmoeder of de spirit die ons hier heeft gebracht als we het niet begrijpen. Dan zie ik een flits van papieren vleugels met zilveren tekeningen. Ik begrijp nog steeds niet wat dit wil zeggen. De draak kronkelt rond de reus. Die vertrekt geen spier. Het paard is er ook nog steeds.

We moeten vragen aan onze ziel om in ons te komen en ons te laten voelen hoe hij aanvoelt. De reus buigt zich naar mij toe en blaast in mijn gezicht. Hij wijst naar mij zoals hij zonet nog naar het vuur wees. Ik sta plots in het groene gras. Ik zie hoe de horizon verandert: het gras waar ik insta blijft zo goed als onveranderd maar het licht van de lucht en de lichtjes op de achtergrond, van de dorpen en de steden in de verte, die veranderen heel heel snel, alsof er een camera op staat die alles versneld aan het filmen is. Ik begrijp wat de reus me wil laten zien: hij toont me de tijd die vooruitsnelt, de eeuwigheid. Ik voel hoe mijn ogen waanzinnig knipperen, alsof ik in een diepe droom in REM-slaap zit.

Dan moeten we onze ziel mee terug nemen. Hoe doe ik dat in ’s hemelsnaam?! De reus is gigantisch! Dan tikt hij tegen mijn voorhoofd en ik zie dat ik zelf lichtblauw ben. De ruimte verandert weer in de grot van de Grootmoeders. Ik ben nog altijd blauw.

We moeten aan de Grootmoeders een zegening vragen van de verbintenis met onze ziel. Misschien krijgen we een cadeautje. Dan moeten we terug gaan naar ons hart en naar ons hoofd. Dat hoor ik allemaal niet.

Als we allemaal terug zijn, trekken we een Grootmoederskaartje:

Jullie is een vrucht gegeven – je leven, door je leven te eren zal jij ook bloeien en vruchten geven.
De Grootmoeders.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De heksenrunen

De numerologie van je heksennaam