Op reis naar het Zuiden (covenbijeenkomst Hagazussa)
Vorige maand werkten we met het element lucht - zowel tijdens de covenbijeenkomsten van Hagazussa en Amma Devi als voor de helingsavond van Arcadia - om nog eens wat extra verdieping te zoeken bij dat element.
In principe weet ieder van ons waar het om gaat, maar het kan geen kwaad om af en toe eens een stapje terug te zetten en nog eens heel basic werk te doen. Dat heb ik zeker gemerkt toen ik besloot om de basiscursus van Arcadia nog eens opnieuw te volgen. Niet alleen omdat er tussen die allereerste cursus van Arcadia van bijna twintig jaar geleden en de cursus zoals die er nu uit ziet een hemelsbreed verschil is, maar ook omdat je zelf ook helemaal veranderd bent en je die ervaring en kennis mee kan brengen in de cursus. Dat maakt het extra interessant.
De afspraak van vanavond was bij Hamamelis thuis, waar we konden genieten van de laatste droge avonden om buiten te werken, in die prachtige tuin van haar. Hoe je het draait of keert, buiten werken is toch net iets anders, zolang het comfortabel is en je niet wordt afgeleid door je lijf (kiekenvel is niet fijn als je aan het reizen bent naar beneden of boven :-)).
Hamamelis had een vuurkorf voor ons klaargezet. Het zou maar erg zijn als er bij een avond rond het element vuur geen vlammetje te zien zou zijn :-) Naast de vuurkorf zetten we een tafel, die we versierden met de oranje lopers die ik had meegebracht en de spulletjes die we allemaal meehadden, die voor ons het element vuur symboliseerden.
De bedoeling van vanavond was om een vuurceremonie te houden, waarmee we het element vuur in balans konden brengen in onszelf. Ik was benieuwd, want als ik een ritueel schrijf voor een jaarfeest of een andere gelegenheid, dan is er meestal wel ergens vuur bij betrokken. De link met Brigandhu is toch nooit ver weg :-)
Vanavond had ik wel een raar gevoel voordat we er echt aan begonnen. Het leek alsof mijn borstkas dichtgeknepen zat en ik niet genoeg adem kon krijgen. Dat benepen gevoel in mijn zonnevlecht had ik nog nooit gevoeld en ik vroeg me af waar het vandaan kwam ...
In het eerste stokje moesten we alles steken dat we niet nodig hadden, dat ons belemmerde om te zijn wat we moesten zijn. Als we het stokje in het vuur wierpen, dan zou het vuur wat we in het stokje hadden gestoken transformeren naar energie die we wél konden gebruiken, energie die we terug naar ons moesten laten stromen vanuit het vuur.
Nu vind ik dat een moeilijke opdracht. Niet het projecteren of het laten stromen van de energie, maar het uitzoeken van dingen die ik niet nodig heb, die me belemmeren. Eigenlijk ben ik best tevreden met mijn leven, ook al is het verre van perfect. Net als iedereen heb ik ook wel geldzorgen en problemen met mijn auto, ruzie met mijn kinderen over te laat opstaan, en al die andere kleine kopzorgen waar iedereen mee kampt. Ik weet ook dat ik behoorlijk arrogant kan zijn en zelfgenoegzaam - mijn zwakke plek - maar die dingen maken mij ook tot wie ik ben. Al die slechte kanten zorgen ervoor dat ik me bewust blijf van mijn tekortkomingen - en dat zijn er heus wel wat - zodat ik blijf ijveren en dus niet stil ga staan. Misschien komt het door het schaduwwerk dat we al hebben gedaan in Arcadia, maar zonder het donker weet je niet wat licht is ...
Ik moest dus even nadenken en wist niet goed wat ik in 's hemelsnaam in dat eerste stokje moest projecteren. Ik stelde me een zon voor die boven me hing, een vurige bal van licht, zoals Martine ons geleerd heeft bij de Grootmoeders workshops. Ik concentreerde me om een vuile zweem in de zon te krijgen, die ik dan via mijzelf in het stokje kon sturen, maar met de beste wil van de wereld kreeg ik met moeite maar een lichtgrijs randje aan de vuurbol. Daar zou ik het mee moeten doen. Nadat het grijs in het stokje was verdwenen, en ik dat in het vuur had gegooid, verscheen er een dikke straal helder wit licht uit de vuurkorf, die ik in mijn zonnevlechtchakra liet stromen. Het benepen gevoel dat ik daarnet nog had gehad, ebde helemaal weg.
Ik kreeg het gevoel dat ik mijn athame van het altaar moest halen en zo dicht mogelijk bij de vuurkorf in de grond moest steken. Ik had mijn athame meegebracht, omdat die voor mij duidelijk gelinkt is met Brigandhu en met het vuur. Naar mijn gevoel was het altaar dat we haden opgesteld helemaal niet het altaar, maar wel de vuurkorf en het vuur zelf, waar we allemaal rond zaten en stonden...
In het tweede stokje, vroeg Elenor, moesten we een vraag projecteren. We moesten vragen naar wat we moesten weten om ons mooiste zelf uit te stralen. Dat mooiste zelf waren we al, we moesten het alleen nog beter uitstralen, zei ze. Nadat we dat stokje ook in het vuur hadden geworpen, zouden we in de vlammen beelden zien, die ons duidelijkheid zouden moeten verschaffen.
In het vuur zelf zag ik niks, maar in mijn hoofd zag ik mijzelf. Ik was helemaal ontspannen en ik was aan het schaterlachen. Ik had het gevoel dat ik aan het stoeien was met mijn kinderen. Uit de uitdrukking op mijn gezicht sprak een intens gevoel van vreugde, van liefde voor het leven. Dat was de les die ik moest meenemen: leef gewoon, neem het allemaal niet te serieus. Nu ben ik iemand die zowiezo al heel veel kan relativeren en positief is ingesteld, dus het leek mij alleen een bevestiging van wat ik eigenlijk al wel wist.
Toen werd mijn blik getrokken naar de athame aan mijn voeten. Ik moest weer denken aan Brigandhu en de smidse waar het mes was gemaakt. En ik besefte dat mijn athame niet voor het element vuur alleen stond, maar voor alle vier de elementen. De kunst van het smeden betrekt alle vier de elementen: als er een ontbreekt, komt er niks van terecht. Je hebt ze allevier nodig. Het sleutelwoord was evenwicht. De boodschap die ik meekreeg was dat ik moest Leven, met een grote L. Dat betekent alle vier de elementen ten volle benutten, er helemaal voor gaan. Hoe raar het ook is als boodschap om te krijgen tijdens een vuurritueel, toch was dat precies wat ik meekreeg: Vuur alleen is niet genoeg ...
Stokje 3 : zegening
In stokje drie moesten we een zegening projecteren voor onszelf en voor de andere vrouwen in ons groepje.
Ik zag hoe de energie paars uit mijn voorhoofd kwam en rood uit mijn voeten naar boven kwam, om daarna geel uit mijn zonnevlecht en groen door mijn hart te stromen, om zo een kruis te vormen. Toen besefte ik wat ik zag: het deed me denken aan het kabalistische kruis, een net iets anders kruisteken dat normaliter vol zit van goddelijke energie - een zegening! - ook al was die nu gemengeld met energie van de aarde. Maar ik was nog steeds onder de indruk.
In plaats van elk apart ons stokje in het vuur te gooien, had Elenor ons gevraagd om dat nu allemaal samen te doen. Het was prachtig! De gensters vlogen de lucht in en maakten lange vurige strepen in de lucht boven de vuurkorf. Uit de vuurkorf kwam ook een brede, gouden stroom van energie, van vuur, rechstreeks vanuit het vuur naar mijn buik. En naar de buiken van de vrouwen links en rechts van me. Allemaal samen leken we wel een wiel van vuur! Het is dat we met vijven waren in plaats van met vier, want ik kon de cirkel van vuur zien die rond ons lag, met vurige assen vanuit het centrum waar de vuurkorf stond, als het symbool van vrouwelijkheid (maar dat heeft maar vier streepjes en geen vijf). Het was gewoon de vuurmeditatie van Elenor maar nu in het echt!
Op reis naar het zuiden
Elenor nam ons ook mee op een geleide visualisatie naar het Zuiden, naar het element Vuur. Ik stond in een zomerse bloemenweide, vol gele vlekjes: paardenbloemen en madeliefjes. Véél madeliefjes! Het was alsof ik op mijn buik in het gras lag en zo'n bloemetje vlak voor mijn ogen had, heel dichtbij, heel scherp, terwijl ik goed wist dat dat niet zo was. Ik kon mijn ogen niet van het bloemetje losmaken, het leek wel alsof het vastgeplakt zat aan mijn gezicht!
Toen zag ik hem, de Vuurjongen. Ik wist niet goed wie ik moest verwachten want Elenors stem had het over een man in een rood harnas. De enige man in een harnas die ik ooit in het zuiden heb gezien, was de Vuurprins, maar die kwam alleen voor speciale gelegenheden, en dan nog ... De Vuurjongen zag me twijfelend kijken en grijnsde. Zijn vuurhaar stond nog steeds recht overeind en bewoog alle kanten op, de vurige tongen leken wel een eigen leven te leiden. Mijn oog viel op het bruine leren armbandje dat hij rond zijn pols droeg. Het was niet zo'n smal bandje als datgene dat ik meestal droeg en ik vroeg me af of hij me het beeld van dat bandje bewust meegaf of niet. Het viel me ook op hoe bruin zijn vel eigenlijk was, zongebruind, van vele zomers in de zon.
We liepen een trap af, naar beneden door een smalle gang, het ronde plafond uitgehakt in de steen. De tunnel waar we doorliepen, trede na trede, steeds dieper naar beneden, was smal. Gelukkig had ik geen last van claustrofobie! :-) Ik had een fakkel in mijn hand. De zwarte rook die van de vlammen sloeg kringelde tegen het plafond. Hier moesten al heel veel mensen gepasseerd zijn: de muren en het pafond waren helemaal zwart van het roet. De Vuurjongen droeg geen fakkel. Die had hij ook niet nodig: de vlammen van zijn vuurhaar likten tegen het plafond en zorgden voor genoeg licht.
Dieper en dieper gingen we, altijd verder naar beneden. En toen stonden we boven op een berg. Voor me zag ik het groen van bomen en wilde natuur. Boven me zag ik de blauwe hemel. Een paar vogels vlogen voorbij. Onder me lag de zee, met een eiland vol palmbomen en een ouderwets zeilschip in de verte. Ik kon de zee ruiken en hoorde het geluid van de branding onder mij.
Toen had ik de indruk dat ik - in een flits - grote vogels zag, of zelf aan het vliegen was, maar die flits was even snel weer weg: ik vloog niet, maar ik zwom. Waarschijnlijk was het gevoel van een flits lang te vliegen het moment geweest dat ik van de berg naar beneden was gedoken of gevlogen om me in het water te storten. Overal rondom mij zag ik zeemeerminnen zwemmen, de handen links en rechts langs hun lichaam gehouden, de haren wapperend achter hen aan en de kin en de blik vooruit naar waar ze ook heen aan het zwemmen waren. Ik zag hun staart op en neer gaan in het water, het ging razendsnel vooruit. Het water was blauwgrijs en een beetje troebel.
Ik vroeg me verward af wat hier de bedoeling van was, want water was nu niet bepaald wat ik had verwacht in een visualisatie naar het element Vuur. En waar was de Vuurjongen gebleven?!
Toen stond ik terug op de trap en liep ik weer achter de Vuurjongen aan, die me grijnzend over zijn schouder aankeek. Ik moest mijn best doen om hem bij te houden want hij vertraagde geen seconde.
De smalle gang werd iets breder. Nu zag ik dat de wanden glinsterden. Het leek wel zo'n stukje van de Droomvlucht, die attractie in de Efteling die je meeneemt in de wereld van de elfjes en waar je je ogen uitkijkt :-) Ik zat er nog zo ver niet naast want toen zag ik ze: de dwergen die vol energie de glinsterende wanden te lijf gingen met pikhouwelen en hamers. Ze zagen er een beetje uit als de klassieke dwergen van het Sneeuwwitje van Disney, maar dan in de niet gekuiste versie. Ze keken nauwelijks op toen we passeerden. Ik wist niet waar ik moest kijken en ook niet wat ik ervan moest denken, want dit leek mij een typisch voorbeeld van wezens van aarde. Eerst water, dan aarde, zou lucht nu ook nog komen?
Toen besefte ik dat dit dezelfde boodschap was als diegene die ik al had gekregen bij het tweede stokje. Wat ik boven op de berg had gezien, was Nooitgedachtland, het land waar kinderen nooit groot werden. Nu je het zegt, de Vuurjongen zelf lijkt ook wel één van de Stoute Jongens ... Het vuur in jezelf zorght ervoor dat je altijd klein blijft. Niet letterlijk natuurlijk, maar dat je altijd vol verwondering blijft zoeken. De boodschap was dat ik alles niet te serieus moest nemen, niet te "volwassen" moest worden, dat ik moest blijven "leven". De dwergen waren gewoon een andere manier geweet om mij diezelfde boodschap te geven: de mannetjes bliujven uiteraard altijd klein, maar blijven ook doorgaan tot hun doel bereikt is ... En ook het evenwicht tussen alle vier de elementen - leven is alle elementen ten volle benutten - was nog eens eventjes meegegeven.
Herhaling, herhaling, herhaling? Subtiliteit en Vuur, niet echt de combo van het jaar :-) ...
---
Covenbijeenkomst Hagazussa 8 okt 2013
I. Praktische oefeningen (covenbijeenkomst)
Nodig:
- Rode kaarsen (veel)
- CD-speler
- Muziek: dancing salamanders (Llewellyn)
- Ratels
- Rood altaarkleed
- Vuurkorf
- 3 stokken per persoon
A. Altaar maken
We maken samen een altaar voor het element vuur in het Zuiden met alle attributen die we meegebracht hebben. Onze bijeenkomst is niet alleen een studiemoment, maar ook een ode aan het element en zijn windrichting.
B. Cirkel trekken
We steken rode kaarsen aan en danken de aanwezige krachten en spirits van het element vuur in onze cirkel. Gebruik een ratel om de cirkel te trekken.
Sta allemaal maar recht en maak het stil in jezelf. Adem een paar keer en voel hoe de lucht je longen vult. Deze lucht is vol van levenskracht en warmte, warmte komt voort uit het vuur, het vuur vult je, ook als je ademt.
We ratelen samen om een ruimte te creëren waar enkel hoogfrequente energieën aanwezig kunnen zijn. Laat warmte jezelf vervullen, laat warmte heel je lichaam en je aura vullen. Het vuur brandt binnen in ons. Door het ratelen voeden we het vuur in ons. Laat kracht toestromen vanuit de aarde, vanuit de kosmos en vanuit het Zuiden. Met deze kracht dansen we een cirkel, zodat het vuur ons verbindt.
Liedje: This little light of mine
This little light of mine, I'm gonna let it shine.
This little light of mine, I'm gonna let it shine, let it shine, let it shine, let it shine.
Binnen deze ruimte zullen wij vandaag werken met het element vuur, de richting Zuiden en al hun associaties en spirits. Welkom vuur, Salamanders, Notus, Zomer, Middag, Michael, Licht, Finnias, Zwaarden en allen die met het zuiden en het element vuur verbonden zijn.
C. Element in balans brengen in onszelf – vuurceremonie
We brengen een symbool voor het element vuur mee dat we vroeger al maakten of iets dat jij associeert met het element vuur. De vuurkorf brandt ondertussen hoog. Iedereen krijgt 3 houten stokjes.
We gaan een vuurceremonie doen om het element vuur en het vlammetje in onszelf in balans te brengen.
Neem maar het eerste stokje en breng daarin alle energie en alle razernij die jou van binnenuit tegenhoudt om de mooiste persoon te zijn die jij bent. Alles wat je daarvoor niet nodig hebt, laat je in het eerste stokje vloeien. Voel goed hoe deze energie allemaal in het stokje vloeit. Vraag aan het vuur om deze energie te transformeren tot energie die je wel kan gebruiken om je mooiste zelf te zijn en ze dan terug te sturen. Dan gooi je het stokje in het vuur en je blijft kijken tot het goed aan het branden is. Voel hoe de getransformeerde energie naar je terugvloeit terwijl je blijft kijken en stel je helemaal open om de getransformeerde energie terug te ontvangen.
Neem maar het tweede stokje en breng daarin de vraag voor visie over je pad. De inspiratie en de ideeën die je hebt en wil uitvoeren, vraag daar visie en kracht voor. De daadkracht om de ideeën uit te werken, de visie hoe je dit best aan kan pakken, dit allemaal om je allermooiste zelf naar buiten te brengen. Dat breng je allemaal in het stokje. Gooi het stokje in het vuur en blijf naar het vuur kijken. In het vuur zal je beelden, woorden, ideeën of wetenschap zien, horen of voelen waardoor jij de daadkracht, de kracht en de visie krijgt die je gevraagd hebt. Blijf kijken tot je alles hebt kunnen opnemen. Neem de beelden op, neem de wetenschap op.
Neem maar het derde stokje. Dit stokje staat voor onze keuze. Breng in het derde stokje jouw warmte voor het natuurlijke pad dat we bewandelen, elks op haar manier. Breng zegening voor jezelf en voor je zusters in het derde stokje. Deze stokjes gaan we allemaal tegelijk in het vuur gooien en dan laten we alle zegeningen naar ons toestromen. Daarbij voel je hoe het vlammetje ter hoogte van je buik of je hart hoger opflakkert, hoe alle zegeningen naar je toestromen. Jouw innerlijke kracht wordt gevoed, jij bent geweldig!
Ervaringen noteren en uitwisselen.
D. Spirits, goden en krachtdieren
Ieder voor zich gaat eens na welke van haar spirits, goden en krachtdieren verbonden zijn met het element vuur en op welke manier. Noteer dit in je magisch dagboek.
Uitwisseling.
Elenor noteert belangrijke zaken om eventueel tijdens de helingsavond te gebruiken.
E. Visualisatie
De visualisaties uit de cursus worden geïntegreerd in een vrije visualisatie naar het Zuiden.
Een zomers landschap, je beeldt je een zonovergoten plaats in, waar alles in de natuur in bloei staat, rode bloemen. Je kan ook de berk zien staan. Het kan echter ook een woestijnlandschap zijn op het middaguur, zinderend van de hitte met een liggende leeuw op de voorgrond.
Aan de horizon zie je een figuur verschijnen. Het is een man van 20 à 30 jaar in rode kledij. Zijn haar is goud als de zomerzon en hij draagt een harnas en een speer. Stap krachtig naar hem toe. Hij komt uit het Zuiden voor jou, om kennis te maken met de eigenschappen van het element vuur. Hij zal je meenemen doorheen het landschap. Laat je leiden en ontdek wat het element vuur voor jou kan betekenen. Misschien ontmoet je spirits in de vorm van dieren of personen, symbolen of andere natuurlijke plaatsen. Neem alles goed in je op, ervaar wat er te ervaren valt en weet dat je al je ervaringen kan onthouden.
Muziek: dancing salamanders (Llewellyn)
Tijd om terug te komen naar het hier en nu. Diep inademen door je neus, en uit door je mond. Voel hoe je goed op je stoel zit, beweeg eens met je vingers en je tenen en als je er klaar voor bent, open dan je ogen.
F. Cirkel openen
We blazen de rode kaarsen uit en danken de aanwezige krachten en spirits van het element vuur in onze cirkel:
Sta allemaal maar recht en maak het stil in jezelf. Adem een paar keer en voel hoe de lucht je longen vult. Deze lucht is vol van levenskracht en warmte, , warmte komt voort uit het vuur, het vuur vult je, ook als je ademt.
Dank u vuur, Salamanders, Notus, Zomer, Middag, aartsengel Michael, Licht, Finnias, Zwaarden en allen die met het zuiden en het element vuur verbonden zijn. Dank u voor de kracht waarmee onze heilige ruimte werd gecreëerd. Handel ermee om te helen waar nodig.
Blessed be.
Reacties