Feralia - Ritueel voor de vergeten zielen (covenbijeenkomst Hagazussa)

HALLOWEEN IN FEBRUARI?
Tot in het midden van de 8ste eeuw na Christus werden Allerheiligen en het daaropvolgende Allerzielen in de katholieke kerk gevierd in februari. Dat komt omdat in februari de Feralia werden gevierd in Rome. De Feralia waren één van de belangrijkste Romeinse feestdagen en bovendien een feestdag waarop de doden werden geëerd. Het was dus evident voor de christelijke kerk in Rome om die dag te kiezen voor het feest van Allerzielen en zo de heidense gebruiken rond die dag te doen verdwijnen.

In de 7de eeuw na Christus dediceerde Paus Bonifacius IV het heidense Pantheon in Rome aan de Maagd Maria en alle martelaren - dedicatio Sanctae Mariae ad Martyres - met een feestdag die vanaf dan elk jaar werd gevierd op 13 mei. Die martelaren werden heiligen en zo werd Allerheiligen uitgevonden. Volgens historici was dat opnieuw een slimme zet die diende om een populair prechristelijk Romeins gebruik te incorporeren, zoals de katholieke kerk wel meer heeft gedaan om heidense invloeden weg te werken. Op 13 mei werden in Rome immers de Lemuralia of Lemuria gevierd, een feestdag waarop de Romeinen rituelen uitvoerden om boosaardige en rusteloze geesten en spoken uit te bannen. Die spoken - larvae - werden tot rust gebracht met offers van bonen. Speciaal voor die gelegenheid bakten de Vestaalse maagden heilige mola salsa, zoute graankoekjes van de eerste korenaren van het seizoen.

In de 9de eeuw na Christus verplaatste Paus Gregorius III die christelijke feestdag uiteindelijk naar 1 november om hem samen te laten vallen met het Keltische Samhain. De Keltische prechristelijke gebruiken bleken bijzonder hardnekkig en dus pasten ze opnieuw hetzelfde truukje toe. Het is tenslotte Paus Gregorius IV die Allerzielen op 2 november liet vallen. Zo is het nu nog steeds.


MANES
De Romeinen hadden verschillende feesten en ceremonies om de doden te eren. Ze kenden uitgebreide rituelen voor de doden. Dat begon al bij de begrafenis. Die rituelen dienden niet om de doden op weg te helpen naar een beter leven in een andere wereld, maar eerder om ze zo ver mogelijk uit de buurt te houden van de levenden. De doden werden ook niet voor niets buiten de stad begraven, in hun eigen dodensteden. De Romeinen hielden ook niet van de dood want die was “vervuilend”. Als iemand stierf was de familie onrein tot ze zichzelf en hun huis hadden gezuiverd. Dat neemt niet weg dat ze hun voorouders nooit vergaten. Die werden vereerd simpelweg omdat ze voorouders waren die gerespecteerd werden, maar ook om hen rustig en welwillend te houden, en weg van de wereld van de levenden. Wie de voorouders vergat, kon zwaar weer verwachten …

Als je er even bij stil staat, is dit ook de periode waarin in de meeste culturen de mythologische verhalen spelen waarbij de lente/godin/zon (in te vullen al naargelang de betreffende mythologie) uit de onderwereld terugkeert. De deur van daar beneden gaat dus open om het nieuwe licht terug in de wereld te laten. Deze periode staat dus voor een nieuwe draai aan het wiel van het jaar en voor de boeren – en niet vergeten dat in die oude tijden alles draaide rond de landbouw en de opbrengst van het land – de start van een nieuw landbouwjaar.

De wereld van de doden is niet noodzakelijkerwijs de onderwereld waar de lente/godin/zon tijdens de winter verblijft, maar ze zijn op zijn minst gerelateerd. Misschien komt er wel meer terug mee naar boven dan enkel de zon, wordt er wel meer opnieuw wakker dan enkel de tulpen en de lente … Deze periode van hoop voor de levenden kan dus geen gezever van de doden gebruiken. En dus worden die door de levenden bij wijze van spreken omgekocht met een hoop lekkers, zodat ze ons voor dit jaar alleszins goedgezind zijn en gerust laten.

Misschien moeten we wel eerst even een onderscheid maken tussen de verschillende categorieën van doden.

MANES: Dit is de algemene term voor de doden en die betekent “de goeden” of “de reinen”. Je zou ze ook gewoon geesten of spoken kunnen noemen. De Romeinse geschiedschrijver Ovidius noemt ze schaduwen. De Manes leven diep in de aarde en komen maar op bepaalde tijdstippen naar boven.

LARES: Onder de Manes zijn er onze Lares, de geesten van overleden leden van de familie, maar soms ook geesten die zijn achtergebleven om onze dorpen, wegen en andere gemeenschappelijke plekken te bewaken en te beschermen.

LARVAE: Maar er zijn ook boosaardige Manes, die gekend zijn als Larvae. Die spoken rond op verlaten plekken, donkere stukken van de weg en afgelegen woestenijen. De klassieke spookplekken dus.

LEMURES: Er zijn ook Manes die niet slecht zijn, maar ook geen familie. Als iemand sterft zonder erfgenaam om de juiste riten uit te voeren, dan blijft zijn geest hier. Zo’n geesten zijn op zoek naar iemand die hen in huis wil nemen als Lares. De Lemures zijn misschien niet kwaadaardig, maar je bent toch niet zeker of ze je wel goedgezind zijn omdat ze geen familie zijn of van dezelfde gemeenschap komen. Je wil ze dus wel terwille zijn, maar ook niet te veel zodat ze niet blijven hangen.


FERALIA
De Feralia markeren het einde van de Parentalia (van 13 februari tot 20 februari met de Feralia op 21 februari), een negen dagen durende periode waarin de Romeinen naar de graven van hun Lares, hun overleden familieleden gingen om daar een soort van picknick te houden samen met hun doden, een beetje zoals de Mexicanen doen op hun Dia de los Muertes. Tijdens die picknick werd een parentatio ritueel uitgevoerd, een privéritueel om de doden te eren. Op het einde van de dag werd een afsluitende parentatio uitgevoerd waarbij kaarsen werden aangestoken en werden achtergelaten op de graven om de doden de weg naar hun graf te wijzen.

De Feralia volgen meteen na de Parentalia. Het was een officiële feestdag met een publieke ceremonie, waarop alles enkel in het teken stond van de Manes. Het was dé dag van de doden bij de Romeinen. Het openbare leven kwam gewoon tot stilstand op deze dag van publieke rouw. Onze grootste bron over de Romeinse feestdagen en de gebruiken errond komt van Ovidius. Die schrijft hoe tijdens één van de vele oorlogen die de Romeinen voerden de Feralia werden verwaarloosd. De geesten van de doden kwamen kwaad uit hun graven en zwierven huilend door de straten. Dat was zo’n verschrikking dat de Romeinen alsnog de tijd namen om de gepaste offers te brengen op de graven, waarna de spoken verdwenen. Ovidius spoort iedereen dus aan om tijdens Feralia de gepaste eerbied in acht te nemen. Als teken van rouw werden toortsen niet ontstoken (behalve op de graven van de doden), trouwfeesten werden uitgesteld, magistraten en andere hoogwaardigheidsbekleders droegen geen officiële insignia en enkel goden die een band hadden met de onderwereld en de dodenwereld konden die dag worden vereerd (de andere tempels bleven gesloten, er werden geen vuren ontstoken en geen wierook gebrand).

Op de dag van de Feralia werden offers gebracht aan de Manes om hen tot rust te brengen en goed te stemmen. Dat zit ook al in de naam van het feest, ook al is men niet helemaal zeker over de etymologie van het woord. Waarschijnlijk komt het van het Latijnse werkwoord ferre dat aanbrengen betekent, offeren dus 😊. Dat hoor je ook in het woord inferiae. Zo werden de offers aan de Manes genoemd. Je hoort er ook de link in naar infernus, dat beneden betekent, of behorend tot de onderwereld. In later tijden – lees: christelijke – werd dat de benaming van de hel.

Die offers konden velerlei zijn. De geesten vragen helemaal niet veel, integendeel. Ze hebben liever de gepaste eerbied dan een schijtduur geschenk dat niet van harte wordt gegeven: een beetje zout, een maaltijd, wijn met brood, fruit, viooltjes (de eerste lentebloemen), … Volgens Ovidius moesten die offers worden achtergelaten op een steen of potscherf in het midden van een kruispunt. Nadat ze zich tegoed hadden gedaan aan de offers van de levenden, vertrokken de geesten weer en konden de levenden weer verder met hun leven.

BRONNEN:




RITUEEL VOOR DE VERGETEN ZIELEN
Elk jaar sterven er een paar honderd Belgen helemaal alleen. Op hun begrafenis is helemaal niemand aanwezig, behalve de dragers van de kist en de grafdelvers. In Brussel zijn er dat gemiddeld één à twee per week! Tegenwoordig zijn er een aantal mensen die zich inzetten om deze eenzame doden een respectvolle begrafenis te geven. In verschillende steden is de Stichting de Eenzame Uitvaart actief. Die regelt dat een ‘dichter van dienst’ bij zo’n begrafenis aanwezig is. Die dichter schrijft dan speciaal voor de uitvaart van de persoon in kwestie een gedicht en leest dat voor bij de begrafenis, om een laatste groet te brengen aan de overledene.

Vandaag vieren we Feralia, met speciale aandacht voor al die onbekende doden die in een vergeten graf liggen waar nooit iemand naar omkijkt of die zelfs nooit gevonden zijn en dus zelfs geen graf hebben. Ook al gaat het om een zwerver, een onbekende junkie, een oude mevrouw die niet meer buitenkwam, iemand die vermist is, een onbekende soldaat, … elke mens is als het ware verre familie van ons en verdient respect. En net zoals het onze plicht is om voor familie te zorgen, zo is het – als gemeenschap én als individu – onze plicht om om te kijken naar die eenzame mensen, of ze nu levend zijn of dood.

Plicht was trouwens één van die dingen waarvan de Romeinse cultuur doortrokken is; plicht tegenover je familie en huis, plicht tegenover je stad, plicht tegenover de goden. En in dat rijtje hoorde ook je plicht tegenover de doden.



KLAARZETTEN VAN HET ALTAAR:
Als het mooi weer is doen we dit ritueel buiten.

Nodig voor het ritueel:

  • Tarwebloem (+ een gieter om met de fijne teut gemakkelijker een sigil van bloem op de grond te kunnen gieten);
  • Rode wijn (of water);
  • Rozemarijnwater;
  • 4 kwartierkaarsen (één voor elk element: noorden, zuiden, westen, oosten);
  • 1 kaars voor de goden;
  • 1 kaars voor de voormoeders van Arcadia;
  • 1 kaars voor de vergeten zielen;
  • Een papiertje met een evocatie/gedichtje voor en over de vergeten zielen, mooi geschreven in je beste handschrift, of getekend: het moet iets zijn dat getuigt van respect en dat je zonder blozen zou kunnen afgeven op een “echte” begrafenis;
  • Witte bloemen (als versiering);
  • Wierook (een mengeling waar zeker ook rozemarijn in zit);
  • Drums;
  • Een takje rozemarijn voor elke priesteres die aanwezig is;
  • Offers.

Elke priesteres brengt haar gedicht/evocatie mee + een offer voor de zielen in kwestie.

Extra indien het ritueel binnen is:

  • Een wit of zilveren altaarkleed op de grond (we gebruiken hiervoor het altaarkleed dat we maakten tijdens onze disablot voor Samhain);
  • Een offerschaal.



Mercurius was één van de belangrijkste en populairste Romeinse goden. Hij was de god van boodschappen en berichten, van reizen (tussen de werelden), van welbespraaktheid en van handel (vooral graan). Hij was de god van overvloed en commercieel succes. Hij was bijzonder geliefd in Gallië, waar hij overal werd vereerd. Je kan hem zo’n beetje beschouwen als de DHL van de Romeinse godenwereld. 😊 Hij bracht bijvoorbeeld de dromen van Morpheus naar de mensen. Net als zijn Griekse tegenhanger Hermes, was hij ook de Psychopompus van dienst die de nieuwe zielen van de overledenen naar het dodenrijk bracht.

Tijdens de Feralia werden er geen goden vereerd, behalve zij die iets te maken hadden met de doden, zoals Mercurius of Dea Tacita (de “Stille Godin” die de Romeinse godin van de doden was). Wij gaan vanavond dus niet onze eigen godinnen oproepen als bemiddelaar met de doden, maar Moeder Aarde (als het buiten is) omdat de aarde de lichamen van onze voorouders allemaal op de ene of de andere manier heeft opgenomen, of Mercurius die hier in onze streken ook populair was. Niet vergeten dat wij dan wel de dapperste aller Galliers waren, maar uiteindelijk toch werden geromaniseerd tot een romano-keltisch amalgaam.

Als het slecht weer is, doen we ons ritueel binnen. We leggen dan het Arcadia altaarkleed op de grond dat we tijdens onze Samhain disablot hebben gemaakt, met een witte kaars voor Mercurius centraal. Als het mooi weer is, hebben we geen altaarkleed nodig. Dan tekenen we met behulp van een gietertje een sigil van bloem op de grond. In het oog van de sigil zetten we een witte kaars.



In plaats van brood of “cake”, zetten we een mand met zielskoekjes klaar. Die ronde koekjes met een kruis en rozijnen in de 4 hoeken en in het centrum zijn een oude traditie uit het Middeleeuwse Engeland. Niet echt Romeins dus, maar het kruis en de rozijnen symboliseren prachtig de doorgang tussen de wereld (en dus ook naar de onderwereld of de dodenwereld).

Bron: http://www.thesimplethings.com/blog/soulcakesrecipe
In die oude tijden werden ze gebakken voor Allerheiligen. Kinderen gingen deur aan deur langs om te trick-or-treaten, maar dat was niet zoals we nu gewend zijn. Ze zongen liederen en zegden gebeden op voor de doden en kregen in ruil daarvoor een zielskoek, een ziel dus. Volgens de overlevering was elke door gebed verdiende en dus opgegeten zielskoek één ziel die werd losgelaten uit het voorgeborchte van de hel en naar de hemel mocht.


ZUIVERING
De priesteressen zuiveren zich met rozemarijnwater en wierook. Daarna zetten ze zich in een cirkel om het altaar. Als alle vrouwen gezuiverd in de cirkel staan, zwijgend, concentreert iedereen zich op het openen van de chakra’s en het binnenstromen van energie via de wortel- en kruinchakra tot beide energieën zich volledig hebben gemengd in hart- of zonnevlechtchakra. 

Iedereen:
Zoals de Vuurvogel oprijst uit de as van het vuur, zo worden wij nu gezuiverd.
Grote Moeder, Godin van onze harten, zegen ons en zuiver ons.
Hemelvader, laat uw stralen ons wijden en maak ons klaar voor dit ritueel.
Open onze geest voor uw dimensies.
Laat onze lippen enkel nog de waarheid spreken.
Laat ons hart de weg van de Goden volgen, nu en altijd.
Schenk onze handen de gave van het magisch werk.
Laat onze voeten de heilige paden bewandelen, in uw gezelschap en in het gezelschap van gelijken.
Blessed Be.


MAKEN VAN EEN HEILIGE PLEK
We steken de wierook aan.
De kwartierkaarsen worden alle vier aangestoken. Daarna worden de spirits van de elementen aangeroepen.

Verelna:
Heil en welkom, spirits van dit land, die hier al lang voor ons waren en hier nog lang na ons zullen zijn, wij vragen u: bescherm deze plek tegen alle negatieve invloeden.

Elenor:
Heil en welkom, spirits van Lucht, element van de opkomende zon en van de lente die we stilaan zien terugkeren in alles rondom ons, wij vragen u: laat de winden alle onzuiverheden en negatieve invloeden, zichtbaar en onzichtbaar voor onze menselijke ogen, wegblazen.

Luna:
Heil en welkom, spirits van Vuur, element van de middagzon die nu langzaam maar zeker aan kracht wint, wij vragen u: laat het vuur onzuiverheden en negatieve invloeden, zichtbaar en onzichtbaar voor onze menselijke ogen, zuiveren en wegbranden.

Verelna:
Heil en welkom, spirits van Water, element van het violette uur van de ondergaande zon en haar eeuwig wederkerende cyclus, wij vragen u: bescherm ons tegen alle negatieve invloeden.

Zeva:
Heil en welkom, spirits van Aarde, element van vruchtbare duisternis en van de zon die onder is en rust, wij vragen u: bescherm en voed onze cirkel met de kracht van de Grote Moeder en laat ons veilig ons ritueel uitvoeren.

Bryd:
Wij groeten u, machtige spirits van de seizoenen en de wisseling van de dagen.
Onze band is oud en krachtig.
Wij vragen u, bescherm deze plek zodat wij dit ritueel veilig kunnen uitvoeren en de communicatie tussen ons – spirits, goden en mensen – helder is en niet gestoord wordt. Neem dit geschenk van ons aan als teken van onze dankbaarheid hiervoor en het respect dat wij u vol overtuiging betonen.
De fles wijn wordt doorgegeven en elke priesteres die de spirits heeft uitgenodigd giet een scheutje wijn op de grond op de plek van het overeenkomende element (in het midden van de cirkel, oosten, zuiden, westen, noorden).

Allen (bij elke scheut wijn op de grond):
Heil en welkom!

De kaars voor de voormoeders van Arcadia wordt aangestoken.

Luna:
Heil en welkom, voormoeders van Arcadia, wiens kinderen wij zijn en die ons gemaakt hebben tot wie wij zijn.
Onze band is er een van bloed en plaats en spirit.
Wij vragen u, bescherm deze plek en neem dit geschenk van ons aan als teken van onze dankbaarheid en respect.
Luna giet een scheutje rode wijn op de grond.

Allen:
Heil en welkom!

Bryd: 
Wij zijn hier samen gekomen op deze plek en op dit tijdstip om eer te bewijzen aan de zielen van de vergeten voorouders.
Luister daarom naar de stem van je hart en van je eigen ziel en laat liefde je openen voor wat je zoekt en hoopt te vinden.
Geef je over aan het vuur dat binnenin je leeft en laat die energie doorheen je stromen.
Voel hoe je eigen unieke kracht als mens onder de mensen, vrouw onder vrouwen, priesteres onder priesteressen, als zuster onder je zusters, jou en iedereen in deze cirkel nu verbindt.

Bryd (neemt de hand van de priesteres links van haar, duimen naar links): 
Van zuster tot zuster trek ik deze cirkel.
(vervolgens gaat de priesteres links verder tot de cirkel helemaal rond is) 

Bryd: 
Van zuster tot zuster, van vrouw tot vrouw, van priesteres tot priesteres trekken wij hier vandaag onze cirkel, over de grenzen van ruimte en tijd en verbonden door onze innerlijke kracht, in de liefdevolle aanwezigheid van de Grote Moeder, weerspiegeld in onszelf en in onze Godinnen.
Blessed Be.

Allen:
Blessed be.


INVOCATIE VAN DE PSYCHOPOMP (MOEDER AARDE OF MERCURIUS OF ALLEBEI)
We steken de kaars voor de goden aan.

1/ Precatio Terrae (gebed/aanroeping van Moeder Aarde)

Verelna:
Dea sancta Tellus, rerum naturae parens, quae cuncta generas et regeneras indidem, quod sola praestas gentibus vitalia, caeli ac maris diva arbitra rerumque omnium, per quam silet natura et somnos concipit, itemque lucem reparas et noctem fugas: tu Ditis umbras tegis et immensum chaos ventosque et imbres tempestatesque attines et, cum libet, dimittis et misces freta fugasque solesc et procellas concitas, itemque, cum vis, hilarem promittis diem.

tu alimenta vitae tribuis perpetua fide, et, cum recesserit anima, in tete refugimus: ita, quicquid tribuis, in te cuncta recidunt.

merito vocaris Magna tu Mater deum, pietate quia vicisti divom numina;
tuque illa vera esd gentium et divom parens, sine qua nil maturatur nec nasci potest: tu es Magna tuque divom regina es, dea.

te, diva, adoro tuumque ego numen invoco, facilisque praestes hoc mihi quod te rogo;
referamque grates, diva, tibi merita fide.

exaudi me, quaeso, et fave coeptis meis;
hoc quod peto a te, diva, mihi praesta volens.

herbas, quascumque generat maiestas tua, salutis causa tribuis cunctis gentibus: hanc nunc mihi permittas medicinam tuam.

veniat medicina cume tuis virtutibus: quidque ex his fecero, habeat eventum bonum, cuique easdem dedero quique easdem a me acceperint, sanos eos praestes. denique nunc, diva, hoc mihi maiestas praestet tua, quod te supplex rogo.

Verelna giet een scheutje rode wijn op de grond.

Vertaling:
Vereerde Godin, o Aarde, Moeder van alle natuur, die alle dingen voortbrengt en blijvend voortbrengt uit dezelfde schoot, want enkel Gij kunt alle wezens de kracht van het leven geven, Gij goddelijke heerser van hemel en zee en van alle dingen, door U is de natuur stil en in slaap en ook Gij vernieuwt de dag en verbant de nacht. Gij beheerst Pluto’s schaduwen en onmetelijke chaos: winden, regens en stormen weet gij te beheersen en, indien Gij wilt, los te laten, en zo de zee te doen kolken, de zon te verbannen, golven tot furie te brengen, en evengoed als Gij wilt, een vrolijke dag voor te brengen. Gij schenkt het voedsel van het leven met nooit aflatend vertrouwen en als onze adem verdwenen is, vinden wij een schuilplaats in U: aldus, wat Gij voor ons ook voorziet, komt alles terug naar U. Gij wordt dan ook verdiend de Machtige Moeder van de Goden genoemd, daar Gij in plichtige dienst de goden van de hemel hebt overtroffen, en Gij zijt de ware ouder van alle levende wezens en van goden, zonder woe niets rijpt of wordt geboren. Gij zijt het Machtige Wezen en gij zijt de koningin der goddelijkheden, O Godin. Gij, goddelijke, ik vereer U en roep Uw godheid aan: gun mij welwillend dit wat ik van U vraag: en met ware trouw zal ik U bedanken. Hoor mij aan, ik bid U, en begunstig wat ik ga doen: dat is wat ik vraag van U, Godin, gun mij dit van harte. Alle planten die Uwe majesteit voortbrengt, brengt Gij voort voor alle rassen omwille van de gezondheid: geef mij nu die helende krachten van U: laat genezing komen met Uw krachten: gelijk wat ik doe in overeenstemming hiermee, laat het een positieve uitkomst hebben: aan wie ik deze zelfde krachten geef of die hetzelfde zal ontvangen van mij, maak dat het goed komt. En ten slotte, O Godin, laat Uw majesteit mij gunnen wat ik van U vraag in gebed.


2/ Invocatie van Mercurius

Bryd:
Wees gegroet, Mercurius, vleugelvoetige boodschapper van de goden, Gij die gekend zijt als de reiziger doorheen de werelden, wiens gave van het woord ongeëvenaard is, die met Uw tong van honing en Uw charme overal binnen en buiten raakt, de psychompompus die zielen naar de Onderwereld gidst en ons de weg wijst doorheen de dromen van Morpheus die Gij ons komt brengen.

Grote Mercurius, vlieg naar hier uit de machtige stad Rome met uw gevleugelde schoenen, vliegensvlug over land en zee met uw legendarische snelheid, en kom ons vervoegen vandaag voor dit ritueel.

Wij hebben deze kaars en deze wierook aangestoken voor U als teken van onze oprechtheid en hopen dat Gij ons de hulp wilt gunnen die Gij ons stervelingen in lang vervlogen tijden gunde.

Wij bidden U, help ons vanavond om een boodschap te brengen aan die vergeten zielen die eenzaam en zonder familie een laatste rustplaats hebben gevonden in de schoot van Moeder Aarde: dat zij niet zijn vergeten en dat ook zij geëerd worden zoals het hoort.

Bryd steekt de wierook aan.


MAGISCH WERK: OFFERS VOOR DE VERGETEN ZIELEN
De kaars voor de vergeten zielen wordt aangestoken.

Elenor:
Genadige Moeder Aarde, Grote Mercurius, ontferm U over die zielen die geen vrienden of bemiddelaars hebben om hen de weg te wijzen, zij wiens laatste rustplaats ongekend is, zij die door omstandigheden of door het verloop der tijden zijn vergeten door hun vrienden en familie en door iedereen. We steken deze kaars aan en delen brood en wijn met hen zodat zij weten dat ook om hen wordt gerouwd.

Bryd legt een zielskoekje bij de kaars voor de voorouders. Dan neemt ze er zelf een en eet dat op. Ze geeft de schaal door.

Dan neemt ze de beker rode wijn, giet een beetje op de grond naast de kaars en drinkt een slok. Ze geeft de beker door.

Elke priesteres heeft een kaartje meegebracht met daarop een gedicht, een wens of een gebed voor de vergeten zielen. De bedoeling is dat we die boodschappen bij die vergeten zielen krijgen. Daarom hebben we de hulp gevraagd van Moeder Aarde en/of Mercurius. 

In Rome was het de gewoonte om offers te verbranden. Elke priesteres leest haar gedicht of wens voor de vergeten zielen luidop voor en verbrandt die dan met behulp van de godenkaars, met de woorden:

Vita eritis beati
(Vertaling: moge het leven gezegend zijn, in plaats van het klassieke “So Mote It Be”).

Daarna legt ze een takje rozemarijn aan de voet van de kaars van de voorouders. Die takjes rozemarijn blijven na afloop van het ritueel liggen.

Als elke priesteres haar gebed voor de vergeten zielen heeft uitgesproken, gaan we drummen en oerzingen.


BEDANKEN VAN DE GODEN

Bryd:
Mercurius Gebrinius, wij zeggen U dank voor uw welwillendheid vanavond en Uw bereidheid om onze boodschap van herdenking te willen brengen aan zij die vergeten zijn. Wij wensen U een goede en behouden reis terug naar Rome of veel plezier bij het doorkruisen va het Gallië van vandaag.
Danku en vaarwel.

Verelna:
Moeder Aarde, Grote Godin uit wiens schoot wij worden geboren en naar wiens schoot wij allemaal weer terugkeren, wij zeggen U dank in naam van onszelf en al zij die een vergeten graf hebben gekregen in uw gulle grond.
Danku en vaarwel.

Allen:
Danku en vaarwel.

De godenkaars wordt gedoofd.


BEDANKEN VAN DE SPIRITS

Luna:
Voormoeders van Arcadia, Disir, gij die over ons waakt en ons beschermt, wij danken U voor uw goede zorgen en uw kracht. Tot wij elkaar weerzien in deze wereld of een andere zeggen wij u danku en vaarwel.

Verelna:
Spirits van dit land, die hier al lang voor ons waren en hier nog lang na ons zullen zijn, wij danken u voor uw bescherming en uw welwillende toestemming om ons ritueel op deze plek uit te voeren.
Danku en vaarwel.

Elenor:
Spirits van Lucht, element van de opkomende zon en van de lente die we stilaan zien terugkeren in alles rondom ons, wij danken u voor uw bescherming.
Danku en vaarwel.

Luna:
Spirits van Vuur, element van de middagzon die nu langzaam maar zeker aan kracht wint, wij danken u voor uw bescherming.
Danku en vaarwel.

Verelna:
Spirits van Water, element van het violette uur van de ondergaande zon en haar eeuwig wederkerende cyclus, wij danken u voor uw bescherming.
Danku en vaarwel.

Zeva:
Spirits van Aarde, element van vruchtbare duisternis en van de zon die onder is en rust, wij danken u voor uw bescherming.
Danku en vaarwel.

Bryd:
Machtige spirits van de seizoenen en de wisseling van de dagen, krachten van de natuur waarin wij vanavond ons ritueel mochten uitvoeren. Wij bevestigen onze band en danken u voor uw bescherming van deze plek en onze cirkel tijdens ons ritueel.
Danku en vaarwel.

Allen:
Danku en vaarwel.


OPENEN VAN DE CIRKEL

Allen: 
Van zuster tot zuster open ik deze cirkel

Bryd: 
Van vrouw tot vrouw, van priesteres tot priesteres, van zuster tot zuster openen wij nu onze cirkel.
Elk van ons, krachtig en sterk, gaan we straks terug onze eigen weg, maar door onze innerlijke kracht zijn we blijvend met elkaar verbonden.
Moge de Godin, tot we elkaar weerzien, elk van ons zachtjes vasthouden in het holle van haar hand en ons in liefde omhullen.
Blessed be

Allen:
Blessed be.


CAKE & WINE
Buffetje met wat alle priesteressen hebben meegebracht.


BRONNEN:



Reacties

Populaire posts van deze blog

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De heksenrunen

De numerologie van je heksennaam