De dapperste aller kelten
Vooraleer we dieper ingaan op Brigindu zelf, is het misschien interessant om ook wat meer achtergrond te geven bij de geschiedenis van onze kontreiën en van de kelten. Wij zijn immers evenzeer keltisch als de Ieren of de Schotten, al lijken we dat zelf niet te willen geloven.
Historici spreken over een Indo-Europese beschaving die als thuisland het gebied tussen de Zwarte en de Kaspische Zee, de Karpaten, Kazachstan en de Kaukasus had. Vandaar uit zwermden ze uit over heel Europa. Rond 3.000 voor Christus zien we een verhuizing van Zuid-Frankrijjk en Spanje naar West- en Midden-Europa. Zij introduceren het wiel, de metaalbewerking en trekdieren zoals paard en os, wat de beschaving grondig zou veranderen.
Rond 2.000 voor Christus zien we twee volkeren opduiken in het gebied van de Donau, de kelten en de italiërs. De kelten trokken naar het westen, de italiërs gingen over de alpen naar het zuiden. Een deel van de kelten trok verder naar het noorden, waar ze zich mengden met de balten en de saami en zo de germanen werden. Zij trokken later terug naar het zuiden tot aan de Rijn, en nog lager naar de Benelux, Frankrijk en Zwitserland.
Er trokken echter ook kelten naar het oosten: tot aan de Ganges en in China zijn er keltische sporen gevonden!
Algemeen wordt aangenomen dat de proto-kelten zich bij ons vestigden tussen 1.400 en 1.100 voor Christus, vanuit Hongarije. Naarmate de handelsroutes over het vasteland zich tijdens het laatste millennium voor Christus wijzigden, migreerden ook de keltische volksgemeenschappen die daardoor getroffen waren. Zij verhuisden naar Galicie, Noord- en midden-Italië, Noord-Afrika en Galatië (in Klein-Azië). Je herkent in de namen Galicië en Galatië hun naam.
In 378 voor Christus verwoestten de kelten Rome, een eeuw later Delphi in Griekenland. Rond 250 voor christus staken de kelten de Atlantische Oceaan over vanuit Frankrijk en bereikten Ierland. 100 jaar later deden de Belgae hetzelfde en veroverden Zuid-Engeland. Het is in deze periode dat de grote heldensages ontstaan.
Op datzelfde ogenblik immers drongen de Germanen andere keltische stammen over de Rijn, en stond Rome op het punt Gallië binnen te vallen. Het resultaat hiervan was dat uiteindelijk alleen Ierland en het stuk van Groot-Brittannië dat boven de muur van Hadrianus lag nog eeuwen keltisch zouden blijven.
Heel Europa was dus eigenlijk keltisch op dat moment, maar toch hadden de kelten geen enkele politieke, economische, of miliraire eenheid, wat uiteindelijk hun ondergang zou betekenen. Ze streden zoals de indianen: verdeeld, van kamp wisselend, collaborerend en gedoemd ten onder te gaan tegen een Rome dat taktisch oorlog voerde.
Ook al hadden de kelten een krijgercultuur - zij vochten om aanzien te verwerven, hun moed in het gevecht te tonen – toch waren ze ondanks hun verpletterende numeriek overwicht niet opgewassen tegen de berekenende Romeinse legioenen.
Toch had het maar een haar gescheeld. Rond 400 voor Christus vielen de kelten Italië binnen en verwoestten Rome. Ze verjoegen de Etrusken en vestigden zich in de Po-vlakte. De Romeinen vonden hen ongelooflijk barbaars en noemden hen Galli, de Grieken hadden het over Galatai of Keltoi. Het waren lange blonde mensen die hun haar met kalk nog blonder maakten en in dikke dreadlocks rechtop zetten. Ze droegen Bracae (herken het woord broek) met een ruitjespatroon (inderdaad de oorsprong van de tartan) en ze boezemden de Romeinen een doodschrik in. Ze waren ook meesters met paard en strijdwagen en betrouwden enkel op hun zwaard.
Rome was toen nog niet het machtige imperium dat we van de geschiedenisboeken kennen, maar een stadsstaat, die op een haar na door de Galli werd platgesmeten. Toen de Galli Rome aanvielen, veroorzaakten ze zoveel paniek, dat de Romeinen zelfs vergaten hun stadspoorten te sluiten. In plaats van de Romeinen in hun eigen stad te achtervolgen, liet Brennus, de aanvoerder van de Galliërs echter de hoofden van de overwonnenen afhakken. Ze onthoofdden hun overwonnen vijanden en hielden de hoofden bij omdat ze er van uit gingen dat de kracht van iemand zich in zijn hoofd bevond. Nadat de Romeinen van de eerste schrtik waren bekomen, trokken ze zich terug op het Kapitool en verschansten zich. In het lager onderwijs hebben we allemaal het verhaal gehoord over hoe de Galliërs Rome aanvielen ’s nachts, maar hoe de ganzen van Rome zoveel kabaal maakten dat de aanval kon worden afgeslagen. De Galliërs bleven rustig wachten en na zeven maanden moest Rome zich gewonnen geven. In ruil voor een gigantische goudsom met een gewicht van 1.000 pond – die de uitgeputte Romeinen nauwelijks bij elkaar konden krijgen – trokken de Galliërs weg. Toen de Romeinen echter beweerden dat de Galliërs maten met valse gewichten, gooide Brennus zijn zwaard nog op de weegschaal met de woorden “Vae Victis”, wee de overwonnenen, en moesten de Romeinen plooien. Dit bezorgde Rome de grootste vernedering in haar hele geschiedenis, en een trauma en vrees voor de Galliërs die nooit meer zou over gaan.
Tussen 58 en 50 voor Christus viel Julius Caesar Gallië binnen, dat je kan situeren als het gebied dat het huidige Frankrijk, Zwitserland, België en West-Duitsland omvat. De militaire verovering ging redeliijk snel - al kreeg Caesar het met de Belgen toch wat harder te verduren, hij noemde hen in zijn De Bello Gallico niet voor niets de dapperste aller Galliërs - maar met het opleggen van hun beschaving ging het trager. De Romeinen stichtten verschillende nieuwe steden. Dat was gemakkelijk omdat de kelten daar ook al mee bezig waren en de Romeinen verder konden bouwen op bestaande ideeën en zo hun latinisering konden versnellen. Zo ontstond op het vasteland – ook bij ons – een Gallo-Romeinse beschaving.
Het oprichten van Latijnse scholen waar je leerde lezen en schrijven zorgde er voor dat de orale cultuur van de Galliërs binnen de kortste keren verloren ging. Rond de 7de à 8ste eeuw na Christus was de Gallische taal bij ons onherroepelijk verloren en beschouwden de Galliërs zich als volwaardige romeinen. Aangezien ook de romeinse goden de officiële goden werden, hadden de druiden geen plaats meer in de maatschappij. De bestaande Gallische goden werden ook gelatiniseerd zodanig dat ze pasten onder het Romeinse pantheon. Er is slechts één godin die door de Romeinen als dusdanig werd opgenomen in hun pantheon en dat is Epona.
In 406 na christus steken de germanen (Franken) de Rijn over en vallen Gallië binnen. Zij lijken wel een soort van super-kelten met hun blonde omhooggezette haren (tiens, waar kennen we dat nog van?). In 486 na christus worden de Romeinen verslagen door Chlodovech. De Franken assimileren zich met de Gallo-Romeinen die veel groter in getal zijn (al blijft de elite Frankisch spreken, daar komt later het Nederlands en het Duits van). Voor onze gebieden betekent de komst van de Franken in eerste instantie een terugval in beschaving: er wordt niets meer opgeschreven en de geschiedenis wordt een soort van zwarte vlek.
Tussen de 4de en de 5de eeuw na christus probeert het christendom haar eigen religie te vestigen in Gallië. Nadat Chlodovech (Clovis) zich rond 500 na christus bekeert gaat het snel. Tegen het einde van de 5de eeuw na Christus is de bekering naar het christendom op het vasteland een feit. Van de Gallische goden geen spoor. Bye bye Brigindu.
Historici spreken over een Indo-Europese beschaving die als thuisland het gebied tussen de Zwarte en de Kaspische Zee, de Karpaten, Kazachstan en de Kaukasus had. Vandaar uit zwermden ze uit over heel Europa. Rond 3.000 voor Christus zien we een verhuizing van Zuid-Frankrijjk en Spanje naar West- en Midden-Europa. Zij introduceren het wiel, de metaalbewerking en trekdieren zoals paard en os, wat de beschaving grondig zou veranderen.
Rond 2.000 voor Christus zien we twee volkeren opduiken in het gebied van de Donau, de kelten en de italiërs. De kelten trokken naar het westen, de italiërs gingen over de alpen naar het zuiden. Een deel van de kelten trok verder naar het noorden, waar ze zich mengden met de balten en de saami en zo de germanen werden. Zij trokken later terug naar het zuiden tot aan de Rijn, en nog lager naar de Benelux, Frankrijk en Zwitserland.
Er trokken echter ook kelten naar het oosten: tot aan de Ganges en in China zijn er keltische sporen gevonden!
Algemeen wordt aangenomen dat de proto-kelten zich bij ons vestigden tussen 1.400 en 1.100 voor Christus, vanuit Hongarije. Naarmate de handelsroutes over het vasteland zich tijdens het laatste millennium voor Christus wijzigden, migreerden ook de keltische volksgemeenschappen die daardoor getroffen waren. Zij verhuisden naar Galicie, Noord- en midden-Italië, Noord-Afrika en Galatië (in Klein-Azië). Je herkent in de namen Galicië en Galatië hun naam.
In 378 voor Christus verwoestten de kelten Rome, een eeuw later Delphi in Griekenland. Rond 250 voor christus staken de kelten de Atlantische Oceaan over vanuit Frankrijk en bereikten Ierland. 100 jaar later deden de Belgae hetzelfde en veroverden Zuid-Engeland. Het is in deze periode dat de grote heldensages ontstaan.
Op datzelfde ogenblik immers drongen de Germanen andere keltische stammen over de Rijn, en stond Rome op het punt Gallië binnen te vallen. Het resultaat hiervan was dat uiteindelijk alleen Ierland en het stuk van Groot-Brittannië dat boven de muur van Hadrianus lag nog eeuwen keltisch zouden blijven.
Heel Europa was dus eigenlijk keltisch op dat moment, maar toch hadden de kelten geen enkele politieke, economische, of miliraire eenheid, wat uiteindelijk hun ondergang zou betekenen. Ze streden zoals de indianen: verdeeld, van kamp wisselend, collaborerend en gedoemd ten onder te gaan tegen een Rome dat taktisch oorlog voerde.
Ook al hadden de kelten een krijgercultuur - zij vochten om aanzien te verwerven, hun moed in het gevecht te tonen – toch waren ze ondanks hun verpletterende numeriek overwicht niet opgewassen tegen de berekenende Romeinse legioenen.
Toch had het maar een haar gescheeld. Rond 400 voor Christus vielen de kelten Italië binnen en verwoestten Rome. Ze verjoegen de Etrusken en vestigden zich in de Po-vlakte. De Romeinen vonden hen ongelooflijk barbaars en noemden hen Galli, de Grieken hadden het over Galatai of Keltoi. Het waren lange blonde mensen die hun haar met kalk nog blonder maakten en in dikke dreadlocks rechtop zetten. Ze droegen Bracae (herken het woord broek) met een ruitjespatroon (inderdaad de oorsprong van de tartan) en ze boezemden de Romeinen een doodschrik in. Ze waren ook meesters met paard en strijdwagen en betrouwden enkel op hun zwaard.
Rome was toen nog niet het machtige imperium dat we van de geschiedenisboeken kennen, maar een stadsstaat, die op een haar na door de Galli werd platgesmeten. Toen de Galli Rome aanvielen, veroorzaakten ze zoveel paniek, dat de Romeinen zelfs vergaten hun stadspoorten te sluiten. In plaats van de Romeinen in hun eigen stad te achtervolgen, liet Brennus, de aanvoerder van de Galliërs echter de hoofden van de overwonnenen afhakken. Ze onthoofdden hun overwonnen vijanden en hielden de hoofden bij omdat ze er van uit gingen dat de kracht van iemand zich in zijn hoofd bevond. Nadat de Romeinen van de eerste schrtik waren bekomen, trokken ze zich terug op het Kapitool en verschansten zich. In het lager onderwijs hebben we allemaal het verhaal gehoord over hoe de Galliërs Rome aanvielen ’s nachts, maar hoe de ganzen van Rome zoveel kabaal maakten dat de aanval kon worden afgeslagen. De Galliërs bleven rustig wachten en na zeven maanden moest Rome zich gewonnen geven. In ruil voor een gigantische goudsom met een gewicht van 1.000 pond – die de uitgeputte Romeinen nauwelijks bij elkaar konden krijgen – trokken de Galliërs weg. Toen de Romeinen echter beweerden dat de Galliërs maten met valse gewichten, gooide Brennus zijn zwaard nog op de weegschaal met de woorden “Vae Victis”, wee de overwonnenen, en moesten de Romeinen plooien. Dit bezorgde Rome de grootste vernedering in haar hele geschiedenis, en een trauma en vrees voor de Galliërs die nooit meer zou over gaan.
Tussen 58 en 50 voor Christus viel Julius Caesar Gallië binnen, dat je kan situeren als het gebied dat het huidige Frankrijk, Zwitserland, België en West-Duitsland omvat. De militaire verovering ging redeliijk snel - al kreeg Caesar het met de Belgen toch wat harder te verduren, hij noemde hen in zijn De Bello Gallico niet voor niets de dapperste aller Galliërs - maar met het opleggen van hun beschaving ging het trager. De Romeinen stichtten verschillende nieuwe steden. Dat was gemakkelijk omdat de kelten daar ook al mee bezig waren en de Romeinen verder konden bouwen op bestaande ideeën en zo hun latinisering konden versnellen. Zo ontstond op het vasteland – ook bij ons – een Gallo-Romeinse beschaving.
Het oprichten van Latijnse scholen waar je leerde lezen en schrijven zorgde er voor dat de orale cultuur van de Galliërs binnen de kortste keren verloren ging. Rond de 7de à 8ste eeuw na Christus was de Gallische taal bij ons onherroepelijk verloren en beschouwden de Galliërs zich als volwaardige romeinen. Aangezien ook de romeinse goden de officiële goden werden, hadden de druiden geen plaats meer in de maatschappij. De bestaande Gallische goden werden ook gelatiniseerd zodanig dat ze pasten onder het Romeinse pantheon. Er is slechts één godin die door de Romeinen als dusdanig werd opgenomen in hun pantheon en dat is Epona.
In 406 na christus steken de germanen (Franken) de Rijn over en vallen Gallië binnen. Zij lijken wel een soort van super-kelten met hun blonde omhooggezette haren (tiens, waar kennen we dat nog van?). In 486 na christus worden de Romeinen verslagen door Chlodovech. De Franken assimileren zich met de Gallo-Romeinen die veel groter in getal zijn (al blijft de elite Frankisch spreken, daar komt later het Nederlands en het Duits van). Voor onze gebieden betekent de komst van de Franken in eerste instantie een terugval in beschaving: er wordt niets meer opgeschreven en de geschiedenis wordt een soort van zwarte vlek.
Tussen de 4de en de 5de eeuw na christus probeert het christendom haar eigen religie te vestigen in Gallië. Nadat Chlodovech (Clovis) zich rond 500 na christus bekeert gaat het snel. Tegen het einde van de 5de eeuw na Christus is de bekering naar het christendom op het vasteland een feit. Van de Gallische goden geen spoor. Bye bye Brigindu.
Reacties