Elke dag een bosbad
Het zal wel de tijdgeest zijn: nu alles snel snel snel en druk druk druk is, moeten we elk jaar opnieuw weer meedoen met de nieuwste trend om te onthaasten. De afgelopen jaren deden we aan konmari, hygge, lagom en het iets morbidere döstädning, allemaal manieren om van de rommel in ons huis af te komen (al is dat in mijn geval geen onverdeeld succes :-)) en daar komt nu shinrin-yoku bij, een ‘techniek’ om de rommel in je hoofd op te ruimen.
Ik heb eens heel hard gelachen toen ik er voor het eerst over las in De Standaard en Time Magazine. Die zogenaamde “nieuwe trend” is immers helemaal niet zo nieuw. Shinrin-yoku betekent zoveel als “een bosbad nemen” en wordt als natuurtherapie al sinds het begin van de jaren 80 ingezet in Japan. Het is inderdaad geen geheim dat je in de natuur begeven heilzaam is voor lichaam en geest, al is dat niet altijd zo gemakkelijk te meten. Het zou alleszins de bloeddruk verlagen, stress doen verdwijnen, je een creatieve boost geven en je algemeen gelukkiger maken. De link tussen geluk en onze omgeving – bos of geen bos – werd aangetoond in een grootschalig Brits onderzoek, waarbij mensen via de Mappiness app hun algemeen welbehagen konden aangeven. Daaruit bleek dat de plek waar ze zich op dat moment bevonden – in het bos of niet – veel belangrijker was dan verwacht.
Waarom het bos ons precies gelukkig maakt is niet helemaal duidelijk, maar er zijn wel theorieën. Eén daarvan is dat we de neanderthaler in onszelf nog niet zijn ontgroeid. Die was gewend het om in de natuur te leven en bomen betekenden voor hem een veilige plek. In de globale tijdslijn zijn we als moderne mensen maar een ademtochtje van onze oertijdneefjes verwijderd, niet ver genoeg dus om al verder geëvolueerd te zijn: de behoefte aan bomen zit nog altijd in onze psyche ingebakken. Ook al doen we als mensheid ons uiterste best om de natuur naar de verdommenis te helpen, diep vanbinnen zijn we allemaal biofielen… Dta gaat zelfs zo ver dat gewoon al de geur van bos impact heeft op ons algemeen welbehagen, wat dan weer een weerslag heeft op ons immuunsysteem.
Een andere theorie heeft het over onze hang naar symmetrie en laat dat nu net iets zijn waar de natuur in excelleert. De natuur werkt immers met zogenaamde “fractals”, symmetrische patronen die zich overal herhalen. Denk aan de gulden snede die we overal in de natuur tegenkomen, van de patronen op het schild van een schildpad, over de manier waarop de nerven van een blad staan ingeplant tot de perfecte curven van een slakkenhuis of de stampers van een bloem. Die perfecte harmonie zorgt ervoor dat onze hersenen tot rust kunnen komen.
Er is dus wel iets voor te zeggen om regelmatig de neus buiten de deur te steken en het bos op te zoeken. Net nu kinderen meer en meer tijd voor een scherm doorbrengen en minder en minder buiten spelen, zou er meer aandacht moeten zij voor de heilzame werking van bossen. In plaats van alles te laten wijken voor jobs, jobs, jobs zouden we even veel aandacht moeten hebben voor boom, boom, boom. Dat wisten de neanderthalers al.
Bronnen:
Ik heb eens heel hard gelachen toen ik er voor het eerst over las in De Standaard en Time Magazine. Die zogenaamde “nieuwe trend” is immers helemaal niet zo nieuw. Shinrin-yoku betekent zoveel als “een bosbad nemen” en wordt als natuurtherapie al sinds het begin van de jaren 80 ingezet in Japan. Het is inderdaad geen geheim dat je in de natuur begeven heilzaam is voor lichaam en geest, al is dat niet altijd zo gemakkelijk te meten. Het zou alleszins de bloeddruk verlagen, stress doen verdwijnen, je een creatieve boost geven en je algemeen gelukkiger maken. De link tussen geluk en onze omgeving – bos of geen bos – werd aangetoond in een grootschalig Brits onderzoek, waarbij mensen via de Mappiness app hun algemeen welbehagen konden aangeven. Daaruit bleek dat de plek waar ze zich op dat moment bevonden – in het bos of niet – veel belangrijker was dan verwacht.
Waarom het bos ons precies gelukkig maakt is niet helemaal duidelijk, maar er zijn wel theorieën. Eén daarvan is dat we de neanderthaler in onszelf nog niet zijn ontgroeid. Die was gewend het om in de natuur te leven en bomen betekenden voor hem een veilige plek. In de globale tijdslijn zijn we als moderne mensen maar een ademtochtje van onze oertijdneefjes verwijderd, niet ver genoeg dus om al verder geëvolueerd te zijn: de behoefte aan bomen zit nog altijd in onze psyche ingebakken. Ook al doen we als mensheid ons uiterste best om de natuur naar de verdommenis te helpen, diep vanbinnen zijn we allemaal biofielen… Dta gaat zelfs zo ver dat gewoon al de geur van bos impact heeft op ons algemeen welbehagen, wat dan weer een weerslag heeft op ons immuunsysteem.
Een andere theorie heeft het over onze hang naar symmetrie en laat dat nu net iets zijn waar de natuur in excelleert. De natuur werkt immers met zogenaamde “fractals”, symmetrische patronen die zich overal herhalen. Denk aan de gulden snede die we overal in de natuur tegenkomen, van de patronen op het schild van een schildpad, over de manier waarop de nerven van een blad staan ingeplant tot de perfecte curven van een slakkenhuis of de stampers van een bloem. Die perfecte harmonie zorgt ervoor dat onze hersenen tot rust kunnen komen.
Er is dus wel iets voor te zeggen om regelmatig de neus buiten de deur te steken en het bos op te zoeken. Net nu kinderen meer en meer tijd voor een scherm doorbrengen en minder en minder buiten spelen, zou er meer aandacht moeten zij voor de heilzame werking van bossen. In plaats van alles te laten wijken voor jobs, jobs, jobs zouden we even veel aandacht moeten hebben voor boom, boom, boom. Dat wisten de neanderthalers al.
Bronnen:
- SCHAUBROECK, Kaat. Shinrin-Yoku, het aspirientje van de natuur. Neem eens een bosbad. De Standaard, 06-02-2018. http://www.standaard.be/cnt/dmf20180205_03341324
- https://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/0409nr.pdf
- http://www.mappiness.org.uk/
- https://www.mo.be/zeronaut/de-natuur-beter-voor-je-gezondheid-dan-de-gezondheidssector
Reacties