Coven Cuisine : Chocolademousse
Hmmmm, chocolade! Ik ken haast niemand die het gevoel van smeltende chocolade in zijn mond niet fantastisch vindt. Chocolade staat met stip op één als je de menukaart overal ter wereld bekijkt. Nochthans was het ooit exclusief voorbehouden voor de adel en de elite.
Chocolade kwam pas naar onze contreien nadat Columbus Amerika had ontdekt. In de mythologie van de Maya’s en de Azteken wordt verteld hoe de cacao door de goden werd ontdekt en aan de mensen cadeau werd gegeven. Volgens de Maya’s gaf de Gevederde Slang de cacao aan de mensen, die net door de graangodin Grootmoeder Xmucane uit mais waren gemaakt, om te feesten. De goden gaven de mensen ook mais, fruit en andere belangrijke voedingswaren die op het menu stonden van de Mesoamerikaanse volkeren. De cacaoboom was één van de belangrijkste omdat die werd gebruikt voor een waaier aan politieke en spirituele rituelen. De Maya’s vierden elk jaar een groot feest voor de cacaogod Ek Chuah, met een hele hoop offers en rituelen.
De priesters offerden cacaobonen aan de goden en maakten er een drankje van voor religieuze ceremonies, soms in combinatie met bloed. Zowel bloed als cacao werden beschouwd als heilig en dus veelvuldig gebruikt als offer tijdens rituelen. Het cacaodrankje van de priesters leek in niets op de warme chocolademelk zoals we die nu kennen. De chocolade zat tjokvol chilipoeder en andere kruiden. Enkel de mannelijke elite en leden van het koningshuis mochten cacao gebruiken in een rituele context. Voor vrouwen en kinderen was het verboden. Het moest niet altijd gruwelijk zijn: om de geboorte van een nieuw kind te vieren, werd een “zalf” gemaakt van gemalen cacaobonen, bloemen en zuiver water waarmee het voorhofd, de handen en de voeten van de boreling werden gezalfd. Afhankelijk van het doel en van voor wie het drankje was bedoeld, werd een verschillende mengeling gemaakt waarin bepaalde kruiden wel of niet werden toegevoegd. Mensen uit alle klassen van de bevolking gebruikten het soms ook wel eens omwille van zijn medicinale eigenschappen.
De Spanjaarden die Amerika ontdekten vonden dat ‘wildendrankje’ maar niks. Zij namen de cacao mee naar Spanje, maar lieten de kruiden weg en deden er suiker en honing bij om het zoet te maken. Het werd gedronken om zijn medicinale werking en as statussymbool. Ook in Spanje was het in het begin een drankje dat enkel voorbehouden was aan de elite. Op cacao werden zware taksen geheven, zodat dat ook zo bleef. Mettertijd ontstonden chocoladesalons die het drankje populair maakten bij de rest van de bevolking. Tegen het einde van de 17de eeuw was het goedje wijdverspreid in heel Europa. Van een heilige drank uit het oude Amerika werd het een zoete verleider voor de hele wereld ...
Dat zoete van chocolade is wat ons overstag doet gaan. Een aantal stoffen die in ons lichaam gemaakt worden beinvloeden hoe we ons voelen: serotonine, dopamine, noradrenaline, endorfine, enz. ... Dit zijn allemaal neurotransmitters die in de hersenen prikkels overbrengen en ons een blij, gelukkig en tevreden gevoel geven als we er voldoende van hebben. Chocolade bevat fenylethylalanine, een stof die het endorfinegehalte in ons bloed verhoogt, waardoor we een lekker gevoel krijgen. Dat is ook de reden waarom het door veel heksen wordt gebruikt om te gronden na een ritueel. Om het teveel aan energie in je lichaam los te laten, volstaat het om een zoete snack te eten. Door het gevoel van de chocolade ben je vanzelf in het hier en nu en klaar is kees. Het is daarbij heel belangrijk dat je plezier hebt aan de ervaring, zodat je helemaal in je lijf zit.
Een vorm van chocolade die het altijd doet is chocolademousse. Die simpele combinatie van chocolade en eieren is o zo machtig maar ook o zo lekker! Sommige mensen doen er room bij, of extra suiker, en soms zelfs gesmolten marshmallows, maar dat is helemaal niet nodig. De chocolade heeft alles al van zichzelf. Het enige dat er een extra wist aan geeft zijn eventueel extra lange vingers of madeiraoekjes die mijn moeder in de zachte bruine brei duwde voor ze hem een dag laat opstijven in de ijskast...
Voor 4 personen:
Laat de chocolade op een zacht vuurtje smelten tot een smeuige brij. Je kan dat ook au bain marie doen: zet een kookpot met water op het vuur en smelt de chocolade in een kleinere pot die in de kookpot past. Let op dat de pot met chocolade het kokende water niet raakt, anders durft de chocolade wel eens verbranden. Dat geldt ook voor het kookvuur trouwens: het vuur mag zeker niet te hoog staan!
Neem de gesmolten chocolade van het vuur en doe er 5 eidooiers bij. Meng alles goed door elkaar.
Klop de 6 eiwitten stijf. Als je suiker wil toevoegen, doe die dan bij de eiwitten vooraleer je ze opklopt. Als je de pot met tot sneeuw geklopt eiwit kan omdraaien zonder dat de eiwitten eruit glijden, dan zijn de eiwitten goed.
Schep de chocolade voorzichtig doorheen de stijfgeklopte eiwitten. Gebruik daarvoor een houten lepel. Roer niet te hard: het is de bedoeling dat het geheel zo luchtig mogelijk blijft.
Leg madeirakoekjes of lange vingers in een grote schaal. Giet het chocolademengsel over de koeken. Je kan nog extra koekjes in de mousse duwen. Die gaan een beetje naar omhoog poppen en maken zo interessante bultjes in de mouse. De koekjes zullen tijdens het opstijven zacht worden en een interessante combinatie vormen met de chocolademousse.
Zet de schaal minstens 4 uur in de ijskast. Het beste is als je hem de dag voordat je hem wil eten maakt, dan is hij zeker goed opgesteven.
Veel genot bij het degusteren!
Chocolade kwam pas naar onze contreien nadat Columbus Amerika had ontdekt. In de mythologie van de Maya’s en de Azteken wordt verteld hoe de cacao door de goden werd ontdekt en aan de mensen cadeau werd gegeven. Volgens de Maya’s gaf de Gevederde Slang de cacao aan de mensen, die net door de graangodin Grootmoeder Xmucane uit mais waren gemaakt, om te feesten. De goden gaven de mensen ook mais, fruit en andere belangrijke voedingswaren die op het menu stonden van de Mesoamerikaanse volkeren. De cacaoboom was één van de belangrijkste omdat die werd gebruikt voor een waaier aan politieke en spirituele rituelen. De Maya’s vierden elk jaar een groot feest voor de cacaogod Ek Chuah, met een hele hoop offers en rituelen.
De priesters offerden cacaobonen aan de goden en maakten er een drankje van voor religieuze ceremonies, soms in combinatie met bloed. Zowel bloed als cacao werden beschouwd als heilig en dus veelvuldig gebruikt als offer tijdens rituelen. Het cacaodrankje van de priesters leek in niets op de warme chocolademelk zoals we die nu kennen. De chocolade zat tjokvol chilipoeder en andere kruiden. Enkel de mannelijke elite en leden van het koningshuis mochten cacao gebruiken in een rituele context. Voor vrouwen en kinderen was het verboden. Het moest niet altijd gruwelijk zijn: om de geboorte van een nieuw kind te vieren, werd een “zalf” gemaakt van gemalen cacaobonen, bloemen en zuiver water waarmee het voorhofd, de handen en de voeten van de boreling werden gezalfd. Afhankelijk van het doel en van voor wie het drankje was bedoeld, werd een verschillende mengeling gemaakt waarin bepaalde kruiden wel of niet werden toegevoegd. Mensen uit alle klassen van de bevolking gebruikten het soms ook wel eens omwille van zijn medicinale eigenschappen.
De Spanjaarden die Amerika ontdekten vonden dat ‘wildendrankje’ maar niks. Zij namen de cacao mee naar Spanje, maar lieten de kruiden weg en deden er suiker en honing bij om het zoet te maken. Het werd gedronken om zijn medicinale werking en as statussymbool. Ook in Spanje was het in het begin een drankje dat enkel voorbehouden was aan de elite. Op cacao werden zware taksen geheven, zodat dat ook zo bleef. Mettertijd ontstonden chocoladesalons die het drankje populair maakten bij de rest van de bevolking. Tegen het einde van de 17de eeuw was het goedje wijdverspreid in heel Europa. Van een heilige drank uit het oude Amerika werd het een zoete verleider voor de hele wereld ...
Dat zoete van chocolade is wat ons overstag doet gaan. Een aantal stoffen die in ons lichaam gemaakt worden beinvloeden hoe we ons voelen: serotonine, dopamine, noradrenaline, endorfine, enz. ... Dit zijn allemaal neurotransmitters die in de hersenen prikkels overbrengen en ons een blij, gelukkig en tevreden gevoel geven als we er voldoende van hebben. Chocolade bevat fenylethylalanine, een stof die het endorfinegehalte in ons bloed verhoogt, waardoor we een lekker gevoel krijgen. Dat is ook de reden waarom het door veel heksen wordt gebruikt om te gronden na een ritueel. Om het teveel aan energie in je lichaam los te laten, volstaat het om een zoete snack te eten. Door het gevoel van de chocolade ben je vanzelf in het hier en nu en klaar is kees. Het is daarbij heel belangrijk dat je plezier hebt aan de ervaring, zodat je helemaal in je lijf zit.
Een vorm van chocolade die het altijd doet is chocolademousse. Die simpele combinatie van chocolade en eieren is o zo machtig maar ook o zo lekker! Sommige mensen doen er room bij, of extra suiker, en soms zelfs gesmolten marshmallows, maar dat is helemaal niet nodig. De chocolade heeft alles al van zichzelf. Het enige dat er een extra wist aan geeft zijn eventueel extra lange vingers of madeiraoekjes die mijn moeder in de zachte bruine brei duwde voor ze hem een dag laat opstijven in de ijskast...
Voor 4 personen:
- 250 g chocolade (je kan hier donkere chocolade voor gebruiken, maar als je die te “straf” vindt kies dan voor melkchocolade. Ik draai de tonnen Paaseieren die we elk jaar bij elkaar sparen in de mousse, alle kleuren – wit, bruin, zwart – door elkaar.)
- 6 eieren
- 75 g suiker (als je geen donkere chocolade gebruikt, is dit niet nodig)
- Lange vingers of madeirakoekjes naar smaak
Laat de chocolade op een zacht vuurtje smelten tot een smeuige brij. Je kan dat ook au bain marie doen: zet een kookpot met water op het vuur en smelt de chocolade in een kleinere pot die in de kookpot past. Let op dat de pot met chocolade het kokende water niet raakt, anders durft de chocolade wel eens verbranden. Dat geldt ook voor het kookvuur trouwens: het vuur mag zeker niet te hoog staan!
Neem de gesmolten chocolade van het vuur en doe er 5 eidooiers bij. Meng alles goed door elkaar.
Klop de 6 eiwitten stijf. Als je suiker wil toevoegen, doe die dan bij de eiwitten vooraleer je ze opklopt. Als je de pot met tot sneeuw geklopt eiwit kan omdraaien zonder dat de eiwitten eruit glijden, dan zijn de eiwitten goed.
Schep de chocolade voorzichtig doorheen de stijfgeklopte eiwitten. Gebruik daarvoor een houten lepel. Roer niet te hard: het is de bedoeling dat het geheel zo luchtig mogelijk blijft.
Leg madeirakoekjes of lange vingers in een grote schaal. Giet het chocolademengsel over de koeken. Je kan nog extra koekjes in de mousse duwen. Die gaan een beetje naar omhoog poppen en maken zo interessante bultjes in de mouse. De koekjes zullen tijdens het opstijven zacht worden en een interessante combinatie vormen met de chocolademousse.
Zet de schaal minstens 4 uur in de ijskast. Het beste is als je hem de dag voordat je hem wil eten maakt, dan is hij zeker goed opgesteven.
Veel genot bij het degusteren!
Reacties