Stonehenge: voorbij het mysterie

Er zijn weinig plekken in de wereld die nog op mijn bucket list staan, maar Stonehenge is er daar eentje van. De iconische steencirkel uit de prehistorie heeft iets fascinerends en trekt elk jaar meer dan 1,5 miljoen bezoekers. Sinds een paar jaar heeft een multidisciplinair onderzoek met wetenschappers uit verschillende disciplines het mysterie van Stonehenge ontrafeld. Daar waren ook wetenschappers van verschillende Vlaamse universiteiten bij. Het resultaat was te bekijken in een interessante expo in het Gallo-Romeins Museum in Tongeren. Daar wilde ik supergraag met de coven naartoe maar toen kwam er dit en dan weer dat tussen, zodat het uiteindelijk een uitstapje enkel met de kinderen werd.



Stonehenge was voor onze kinderen geen onbekende. Vorig jaar waren we al gaan springen op het ‘Sacrilege’ springkasteel van de kunstenaar Jeremy Deller in het kader van de Experience Traps tentoonstelling van het Middelheim Museum. Deller maakte een replica van Stonehenge in een sprinkasteelversie. Wat een fantastische ervaring was dat! Je kon naar hartelust rondrennen, springen en je verstoppen tussen de grote stenen van de steencirkel. Heiligschennis! :-) Ondertussen mag je immers niet zomaar meer tussen de stenen lopen. Alleen op midzomer kan je nog op de site zelf, dan wordt er een groot midzomerfeest georganiseerd door de Britse druiden.

Omdat Stonehenge in de as staat van de opkomende zon op midzomer, gingen archeologen er lang van uit dat het om een tempel moest gaan die opgetrokken was door druiden. Het bouwwerk is echter veel veel ouder. De cirkel dateert van 3000 voor Christus maar werd in verschillende fazen verbouwd om rond 2500 voor Christus zijn huidige vorm te krijgen. Om je een idee te geven: Stonehenge werd 5.000 jaar geleden gebouwd terwijl de eerste geschreven vermelding van de druiden dateert van 2.400 jaar geleden :-)

Het was lang onduidelijk wat het doel van het bouwwerk was. Ondertussen waren er op de Salisbury Plain nog andere cirkels gevonden: een houten cirkel (“woodhenge”, een henge is een cirkel die bestaat uit een gracht en een aarden wal, niks te maken met stenen :-)) en een kleinere steencirkel uit blauwe stenen (“bluehenge” of “bluestonehenge” aan de oever van de rivier de Avon die door de Salisbury Plain loopt.

Bovendien werden er in de buurt van Stonehenge twee gigantische afgebakende terreinen gevonden, de zogenaamde “Cursus”, waarvan men lang dacht dat het Romeinse resten waren van arena’s waar wagenrennen werden gehouden. Nu weet men dat die bij het Stonehenge complex hoorden. Er werden resten gevonden van massabijeenkomsten met duizenden mensen. Kan je je dat voorstellen? Als je bedenkt dat in de middeleeuwen een grote stad als Londen maar 15000 inwoners telde, dan is dat echt bijna niet te bevatten! Uit de resten bleek overigens dat de mensen van over heel Groot-Brittannië kwamen. Ze brachten immers hun eigen varkens mee om op te eten en die kwamen van zo’n beetje overal. De volksverhuizing moet dus echt massaal en belangrijk geweest zijn, zeker als je bedenkt dat dit nog de steentijd is!

Stonehenge bestaat uit twee soorten stenen: de grote stenen zijn lokale ‘sarsens’ terwijl de kleinere stenen blauwe stenen zijn die helemaal uit Wales naar hier zijn gebracht. Ze komen uit het Preseligebergte, zo’n 300km verder. Het is natuurlijk gissen, maar men gaat er van uit dat de blauwe stenen symbool stonden voor de geboortegrond van het volk dat hier verzamelde.  Eens ze rechtop stonden werden ze gepolijst tot een donkerblauw met zilveren spikkels, een beetje zoals de nachtelijke hemel. De blauwe steencirkel was met Stonehenge verbonden door een rituele weg, de Avenue.

Het is de Britse archeoloog Mike Pearson die de puzzel uiteindelijk wist te doen passen, dankzij een bezoekje van Dr. Ramilsonina, een collega uit Madagascar. Pearson was nieuwsgierig wat Ramilsonina over Stonehenge dacht. Die vond het vanzelfsprekend: Stonehenge was een bouwwerk voor de doden. In Madagascar wordt steen gebruikt voor graven en rechtopstaande stenen voor de voorouders omdat stenen blijven bestaan, net eoals het leven na de dood eeuwig is. De levenden maken echter gebruik  van vergankelijke materialen voor hun huizen, zoals hout. Alle puzzelstukjes kikten op hun plaats!


Het Stonehenge complex bestond uit twee helften, een helft opgetrokken uit steen voor de doden en de voorouders, en een helft opgetrokken uit hout, voor de levenden, van elkaar gescheiden door de rivier de Avon. Omdat de rivier kronkelt was het niet mogelijk om Stonehenge te zien liggen vanop de plek van de Woodhenge, net zoals het onmogelijk is om te zien waar we naartoe gaan na onze dood. De reis over de rivier, van de woodhenge naar de stonehenge, stond dus symbool voor de reis die elk van ons moet gaan na onze dood.


Stonehenge ligt in de lijn van de zonsopgang met midzomer, vandaar dat de druiden hier hun jaarlijkse midzomerfeest vieren. Tegelijkertijd is het meteen ook duidelijk dat dat niet de bedoeling kan zijn geweest. Als je de cirkel binnenkomt langs de gebruikelijke ingang, komt de zon op achter je rug. Dat kan niet kloppen. Veel logischer is het als je rekening houdt met het ondergaan van de zon op midwinter, in diezelfde as maar de zon gaat wel onder achter de stenen, in de logische kijkrichting. Bovendien past dit ook veel beter bij de functie van het hele complex als een bouwwerk voor de doden, met de zon die in de winter gaat rusten bij de voorouders.

De kinderen gaan aan de slag in het atelier om hun eigen steencirkel te maken.

Bronnen:






Reacties

Populaire posts van deze blog

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De heksenrunen

De numerologie van je heksennaam