Megalimagie in Wéris

Afgelopen weekend waren we met de familie van mijn liefste de Ardennen ingetrokken om te genieten van de laatste mooie dagen van de zomer. Nadat iedereen zondagochtend alweer terug naar Antwerpen was vertrokken, besloten we om met ons gezinnetje nog wat langer in deze mooie streek te blijven hangen en een bezoekje te brengen aan de megalieten die hier zo gul zijn rondgestrooid. We gingen dus naar Wéris, een dorpje van een voorschoot groot in de buurt van het alombekende Durbuy. Het hoort bij de vijfentwintig mooiste dorpjes van Wallonië maar zou totaal onbekend zijn als het niet dé place to be in België was om megalieten allerhande te komen bekijken.

Het was mij totaal ontgaan, maar dit weekend was het ook Openmonumentendag en dus werden we in het centrum van het dorp feestelijk onthaald met muziek bij het Megalietenhuis, waar een kleine expo meer uitleg geeft over de stenen, hun ontdekking en preservatie.

Menhirs zijn rechtopstaande stenen, dikwijls bijgewerkt, die vrijstaand, in lange rijen (zoals Carnac in Bretagne) of in cirkels (zoals Stonehenge) staan. Het woord komt van het Bretoense ‘men’ (steen) en ‘hir’ (lang). Dolmen zijn opstellingen waarbij bovenop een rij stenen een deksteen of meerdere dekstenen worden gelegd, als een grote tafel Het woord komt weeral uit het Bretoens, met ‘dol’ (tafel) en opnieuw ‘men’ (steen). In tegenstelling tot wat de strips ons doen geloven, hebben de grote stenen niets met de Galliërs of de Kelten te maken. Die waren er pas rond 500 voor Christus terwijl de megalieten van Wéris dateren van 3,000 voor Christus. Ze zijn met hun gezegende leeftijd van 5.000 jaar dus vele malen ouder, zelfs ouder dan de pyramides van Egypte!

De megalieten van Wéris zijn gemaakt uit de “puddingsteen” van de plaatselijke rotsen hier, een soort van natuurlijk beton met kiezelstenen die aaneen geklit zijn in zandsteen van een lang verdwenen prehistorische zee. Rotsblokken van puddingsteen die los kwamen te zitten werden versleept naar de juiste plaats om er menhirs en graven (dolmen) mee te bouwen. Het verslepen van die rotsen gebeurde met boomstammetjes, net zoals de grote stenen van Stonehenge op hun plaats werden gebracht. In het Megalietenhuis staat een maquette waarop te zien is hoe dat gebeurde. Puddingsteen is bijzonder hard en dus moeilijk te bewerken, maar net dat zorgde ervoor dat ze het hebben overleefd en niet werden gerecupereerd voor andere gebouwen.


Vanuit het dorp maakten we een fijne wandeling doorheen de velden, op zoek naar de twee dolmens van Wéris en Oppagne maar daarnaast zijn er ook nog verschillende menhirs die je al wandelend kan komen ontdekken, zoals de Menhir Danthinne of de Menhir van Morville. In de buurt liggen ook natuurlijke stenen met een reputatie, zoals de Pierre Haina, ‘de steen der ouden’, een natuurlijke rots die op een sfinks lijkt (bijgewerkt door mensen :-)) en die je vanuit de vallei kan zien omdat hij regelmatig wordt bijgewit. En je hebt ook nog eens de Lit du Diable of ‘het duivelsbed’ dat opduikt in de volksverhalen uit de streek.

Van de dolmen weet men dat het ganggraven zijn. De stenen liggen nu volledig bloot en dus moet je er zelf de bult aarde bij denken die er oorspronkelijk overheen lag, zoals in Newgrange. De dolmen hier zijn ook kleiner dan hun meer noordelijke broertjes en hun ingang zit aan de korte zijde in plaats van aan de zuidelijke brede zijde zoals meestal het geval is.

De dolmen van Wéris (noordelijke dolmen)
De dolmen van Oppagne (zuidelijke dolmen)

Wat de bedoeling van de andere stenen is, is niet duidelijk, al vormen de dolmen, de menhirs en de twee voornoemde natuurlijke stenen een patroon waarvan men vermoedt dat het een astronomische betekenis kan hebben. De lijn tussen de Pierre Haina en de dolmen van Wéris enerzijds en tussen de Pierre Haina en de dolmen van Oppagne anderzijds zou verband houden met de loop van de zon tijdens de equinoxen en de zonnewendes...

We wandelen van het dorpscentrum naar de dolmen van Wéris, die op wandelafstand langs de kant van de weg ligt, en dan naar die van Oppagne. Onderweg komen we de Menhir Danthinne tegen, genoemd naar de Luikse historica die hem in de jaren veertig documenteerde. De dolmen van Oppagne is indrukwekkender dan die van Wéris. Hij ligt op een open plek tussen de velden, in een kuil omringd door grote eiken. Vlakbij staan vier rechtopstaande stenen, alsof ze ontsnapt zijn aan de kuil met stenen. Het is er stil en zomers en magisch.


Bronnen:





Reacties

Populaire posts van deze blog

Zuiverende eitjes: egg cleansing

De heksenrunen

De numerologie van je heksennaam